Vandaag konden we dan voor het eerst ons gasstel testen. Nou, dat deed het uitstekend! Beter dan de andere, duurdere van Coleman die we wel gehad hadden. Dit was het eigen merk van Walmart, Ozark, en beslist een aanrader. Ook het broodrooster paste er goed op, zodat we bij de koffie van lekkere geroosterde Engelse muffins konden genieten. Daarna liepen we een rondje over het terrein, dat groter bleek dan we in eerste instantie dachten. Er waren ook vijf mooie tentplekken. Bij één ervan stond een man met een motor zijn spulletjes in te pakken en op onze vraag of hij hier uitgekampeerd was gaf hij een bevestigend antwoord. Ook met hem raakten we in gesprek. Hij kwam oorspronkelijk uit Argentinië maar woonde al 35 jaar in LA. Voor zijn broodwinning was hij altijd taxichauffeur geweest, de laatste jaren werkte hij voor Uber. Met corona braken voor hem helemaal gouden tijden aan toen hij de omslag maakte naar Uber Eats. En nu was hij al zeven weken onderweg, eerst helemaal naar het noordelijkste stukje van Alaska en toen weer langzamerhand afgezakt. Als zijn geld op was logde hij even in en bezorgde hij wat pakketjes, tot hij genoeg had om weer door te gaan. Omdat hij verder geen verplichtingen had, geen relatie en geen kinderen, kon dat allemaal makkelijk. Het leek ons een tevreden mens. Een tijd geleden las ik dat de mensen die niet het grote geluk najagen maar gewoon tevreden zijn met wat ze hebben en doen in het leven, uiteindelijk het gelukkigst zijn. We wensten hem een goede reis en zwaaiden hem uit. Altijd weer leuk, zulke ontmoetingen.
De rest van de middag hebben we niet veel gedaan behalve wat lezen en wat schrijven. Heerlijk is het hier, alleen al om gewoon op de veranda in een luie stoel te zitten en niets te hoeven. Om half vijf reden we naar het stadje, tien minuten rijden hiervandaan. Daar hadden we met Carmen, Troy en Cindy afgesproken om samen te gaan eten bij The French Spot. De eigenaar van het restaurant, echte Fransman, heeft hier al jarenlang succes met zijn Franse keuken. We konden buiten zitten en dat was voor ons een vereiste vanwege al het covid-gedoe. Troy had de hele avond zijn mondkapje op, behalve bij het eten natuurlijk, hoewel ook hij een paar dagen geleden al negatief getest was. Ja, en dan was er dus Cindy, zijn zus. Ook haar hadden we drie jaar geleden ontmoet en ze was ons toen al opgevallen. Een schat van een mens, en een enorm krachtige persoonlijkheid. Ze had vier niertransplantaties achter de rug die allemaal mislukt waren. Nu zat ze al twintig jaar drie maal per week aan de dialyse. Maar ze draaide haar hand er niet voor om twee uur te rijden om naar ons toe te komen, zo graag wilde ze ons zien. Met zuurstoftank en al zat ze in spanning te wachten en toen ze ons eindelijk zag was ze tot tranen toe geroerd. Dat was dus een heel hartelijk weerzien.
We namen een gratin dauphinois met een groene salade en die was echt zoals het hoorde, verrukkelijk. Ooit bestelden we bij een Italiaans restaurant, ik weet niet meer precies waar, een Salata Caprese maar wat we kregen leek daar in de verste verte niet op. Geheel aangepast aan de Amerikaanse smaak, die bepaald niet de onze was, dus dat ging retour keuken. Daar doen ze hier helemaal niet moeilijk over, klant is altijd koning.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Leuk als jullie een reactie achterlaten!