Dag 11 – donderdag 28 juli: langs de kust richting Portland.
We lagen in de boot. Het was zwaar weer en de golven klotsten tegen het dek zodat we in ons bed flink heen en weer gezwiept werden. Af en toe moest je je stevig vasthouden om niet overboord te slaan. En toen – je voelt hem al aankomen – werd ik wakker…..
De wind, die zich tot dan toe op de campground redelijk koest gehouden had, was dat rustige gedoe opeens kennelijk zat en besloot er eens flink tegenaan te gaan. En wel zodanig dat ons tentje bijna de lucht in ging. Mijn hoofdkussen schudde heen en weer. Van slapen kwam niet veel meer en ondanks het vroege tijdstip hebben we alles maar opgebroken. Om 6.45 reden we weg, mooi op tijd dus. Bij de Oregon Dunes stopten we en we kochten een dagpas voor $5. Tussen de bomen door hadden we deze zandduinen al zien liggen en het leek prachtig. Er is echt een verschil met de duinen zoals wij die in Nederland kennen: dit leek de Sahara wel. De film Dune is hier opgenomen. Maar in Amerika gaat alles anders, en in plaats van het toegankelijk maken van het park voor ‘gewone’ bezoekers is het tot een pretpark voor quads gemaakt. Voor wie het niet weet: dat zijn vierwielige motoren die met een hele hoop lawaai voor ploeg spelen…Om kort te gaan, we konden maar een paar delen van het gebied bezoeken. Later bleek dat er nog een andere mogelijkheid was geweest om een beeld te krijgen, een stuk verderop, maar dat hebben we toen maar gelaten.
|
Meertje in het duingebied |
|
Zoiets moois, en dan alleen toegankelijk voor motormuizen...... |
|
En als je nou héél erg nodig moet, hoeveel geduld moet je dan hebben?? |
|
In een joggingbroek moet je joggend het duin op natuurlijk!
De weg was vrij eentonig, veel bomen langs de kant die alle zicht ontnamen. We zijn nog wel naar de Sea Lion Cave geweest, een heel eind noordelijker. Tegen betaling van $11 kon je daar met een lift 63 meter naar beneden om de dieren in hun natuurlijke habitat te zien. Dat klopte ook wel, maar om het nou spectaculair te noemen….nee, dan was wat we vorig jaar ten zuiden van San Francisco hadden gezien veel indrukwekkender. Maar goed, toch een leuk tussendoortje. |
Ons doel voor vandaag hadden we bijgesteld: ergens net van de kust af richting Portland een camping zoeken, en dan morgen in een Motel 6 in de stad overnachten. Op de parkeerplaats van een Starbucks hadden we gratis internet en ik boekte het motel vast online. Mét seniorenkorting: 10%! Zo heb je er ook nog eens voordeel van.
We reden verder en vonden in de buurt van het gehucht Cloverdale inderdaad een (gratis) camping. Twee onaangelijnde pitbulls stonden klaar als welkomstcomité, hun bazin probeerde ze de auto in te sleuren maar dat lukte maar gedeeltelijk omdat ze tegelijk haar mobieltje probeerde te bedienen. Het terrein was klein, lag aan de rivier en er stonden vier tenten. Er was plaats voor vijf. In één van de tenten zat een man voor zich uit te staren, waarschijnlijk deed hij dat de hele dag door. Zijn tent bestond voornamelijk uit grote stukken felblauw plastic, zodat het niet zo afstak tegen de blauwe lucht. Twee van de andere tenten behoorden toe aan de dame met de pitbulls en haar dochter. Eén tent was op dat moment leeg.
We reden door. Na eindeloos zoeken en tweemaal dezelfde berg oprijden (zeven kilometer haarspeldbochten, dat duurt best lang) kwamen we bij een andere campground. Bovenop de bewuste berg lag een meertje, daaromheen tentplekken in het bos. Twaalf in totaal. Ze waren….verschrikkelijk! Klein, donker maar vooral vies.
Het was al laat geworden en we waren moe. We wilden maar één ding: een schoon plekje voor onze tent, eten en slapen. We reden verder, vast richting Portland. Onderweg kwamen we nog een camping tegen. Toen we het terrein opreden maakte ons hart een vreugdesprongetje: prachtig groen gras, vlak en ruim. Helaas….niet voor tenten… Het eind van het liedje was dat we ook deze avond in een Motel 6 terechtkwamen. Het is een goedkope keten, maar wij vinden het prima. De bedden zijn uitstekend en het is schoon. Alleen slapen we nu eenmaal liever in een tentje…