maandag 27 augustus 2012

Dag 38 – woensdag 22 augustus: Chicago

Eerlijk gezegd had ik er een beetje tegenop gezien. Een stad is zo anders dan kamperen in de natuur, we hadden net een geweldige reis achter de rug en nu moesten we weer omschakelen. Van de rust naar de hectiek van het steedse, ik had zo mijn twijfels of dit wel een goed idee was geweest. Maar goed, we waren er, dus op zoek naar de vervoer richting stad. Het huis was verlaten. Don en Lindsay waren al naar hun werk. Alleen de twee poezen drentelden wat om ons heen, dat wil zeggen Bebe, want Butters vond het maar niks met al die vreemde mensen. Een erg leuk, licht en ruim appartement trouwens, met het karakteristieke bijna vierkante houten balkon aan de achterkant. Door heel Chicago heen zagen we die, vaak ook nog met houten trappen aan elkaar verbonden zodat ze tegelijkertijd als brandtrap konden dienen. Hout? Brandtrap? Je moet maar durven…en dat terwijl heel Chicago zo’n beetje is afgebrand in 1871 waarna ze alle houten huizen vervangen hebben door baksteen, behalve dus die trappen…Maar ik dwaal af. 
Bij de ingang van het metrostation vroegen we de weg. Ze reageerden heel verbaasd, of wij dan echt toeristen waren? Alsof ze naar een nog niet eerder ontdekt specimen uit het oerwoud keken. Tja, toeristen inderdaad, en die komen nooit in die buurt. Dat is wel het leuke van zo’n adres bij mensen thuis, je komt op plekken die je anders nooit zou zien. Nadat ze van de schok bekomen waren verwezen ze ons naar de bus, vier blokken verderop. Die kwam snel, en ik wilde betalen met een briefje van $10. Onmogelijk. Aan wisselen doen ze niet in Chicago. In Nederland zou je dan uit de bus gezet worden maar hier werden we met een grote armzwaai welkom geheten: ga maar zitten. De bus stroomde snel vol. Een op en top verzorgde dame, type hogere Haagse kringen, zette zich een paar plaatsen van ons af. Ze keek wat in het rond, bedacht ze zich en ging naast mij zitten. Er kwam een boek tevoorschijn wat op zichzelf niet gek was: net als in Parijs en New York lezen heel veel mensen in de bus of metro. Ik zag een jongere man met Steinbeck in zijn hand - zie je het al voor je,  iemand van rond de twintig die in de Amsterdamse tram Vestdijk leest? Het boek van de deftige dame was van andere orde. Het waren ochtendgebeden en psalmen, een stichtelijk begin van de dag. Waarschijnlijk vond ze dat ik wel wat geestelijke ondersteuning kon gebruiken want ze hield het boekje zo vast dat ik gezellig mee kon lezen. Na het ochtendgebed gingen we de verdieping in. Het boek werd omgeruild voor een ander exemplaar: in dialoog met God. Hoe ik ook mijn best deed, ik kon die goede man nergens ontdekken….Na een halte of tien stapte ze vriendelijk dagknikkend uit, mij aan mijn lot overlatend. Dat heb ik dan weer. 

De rit naar het centrum duurde lang. Nou ja, een half uurtje. We zaten in een expresbus, wat inhield dat hij eerst een halte of zeven meepakte vanuit onze buurt om daarna flink de sokken erin te zetten en langs het meer te scheuren dat Chicago aan de oostkant begrenst. Het stuk in de stad stopte hij weer om de twee blokken. Al met al toch een ritje Groningen – Assen, schat ik.
We wisten heg noch steg en stapten op goed geluk uit bij de oude watertoren. Op een kaartje hadden we gezien dat daar een informatiecentrum was dus dan moet je wel goed zitten. Dat was ook zo. Vanuit dat punt liepen we regelrecht het centrum in. Vanaf het begin vonden we het geweldig. De wijk waarin ‘ons’ huis stond had een wijk in Amsterdam Zuid kunnen zijn met mooie, grote huizen; het centrum kenmerkte zich door brede straten met mooie winkels en zeer veel architectonische hoogstandjes. 









Of waren we toch in Nederland??

Het maakte een schone, opgeruimde indruk en leek ook minder schreeuwerig dan bijvoorbeeld New York. De rivier stroomt er dwars doorheen wat garant staat voor vele rondvaartboten. Wij hebben alleen maar beneden langs de kade gelopen, ook al erg leuk om te doen. 

Na de eerste binnenkomer (en de onvermijdelijke koffie  bij de Starbucks) was er een tweede verrassing: het Milleniumpark. We hadden er al foto’s van gezien (Gera, feest der herkenning!) maar in het echt was het nog oneindig veel mooier. We liepen van de ene sfeer in de andere. De mooiste openbare tuin die we ooit gezien hebben, een waterfeest voor gezinnen met kleine kinderen, een installatie bestaande uit duizenden ledlampjes aangestuurd door een Apple (natuurlijk), een enorm glimmend kunstwerk waarin je jezelf vele malen weerspiegeld zag’, een enorm podium ontworpen door Frank Gehry en een door hem ontworpen brug, een grote tent met allerlei gratis activiteiten voor kinderen en nog veel meer. 
Lurie Garden












Een fenomenaal luidsprekerstysteem



Werk van een Mexicaanse kunstenares
Je kon er gratis deelnemen aan een rondleiding door een Greeter en we besloten direct dat de volgende dag te doen. Dat deden we al eens in New York, daar heten ze de BAG’s (Big Apple Greeter, wat weer niets met de hierboven genoemde Apple te maken heeft maar omgekeerd wel het geval is – bent u er nog??) en het is een aanrader. Iemand die de stad goed kent neemt je mee om je een andere kant ervan te laten zien. Hier ging het om een Milleniumtour, met uitleg over het park. De rest van de dag verkenden we de stad te voet. ’s Avonds was er een concert in het park. Normaal gesproken zijn alle concerten gratis, maar nu trad er kennelijk een beroemdheid op en moest je een kaartje hebben. Dat hadden we niet, we hebben wel een tijdje in het gras zitten luisteren en dat was ook al erg leuk. De sfeer van Noorderzon, voor de Groningers. (Overigens nog steeds geen idee wie er optrad).
Al met al waren we pas rond een uur of tien weer thuis. We praatten nog heel even met Lindsay en Don, voornamelijk over het concert waar Lindsay ons voor uitnodigde. Zij vertelde ons dat ze zangeres was en een recital zou geven. Geen idéé wat voor genre, maar goed, toch een leuk gebaar. Dijenkletsers kunnen we op z’n tijd ook best hebben tenslotte! 

Dag 37 – dinsdag 21 augustus: Denver – Chicago



Denver is een ideaal gelegen vliegveld als je een auto huurt: lang zo massaal en druk niet als bijvoorbeeld San Francisco. Je bent overal zo doorheen. Ook nu stond er geen één auto voor ons bij het afleveren, en na vijf minuten zaten we al in de shuttle naar de terminal. Dat is allemaal uitstekend geregeld. Iets minder goed geregeld was de afrekening. Helaas ontdekten we dat pas op het vliegveld zelf en toen konden we niets meer doen. Men had ons twee dagen extra in rekening gebracht wegens te late aflevering, en die twee dagen kostten bij elkaar net zoveel als een hele week huur. Mailen dus maar weer….

Na de verse wafels die we voor ons ontbijt gekregen hadden konden we er wel even tegen. Dat moest ook, want van de budgetmaatschappij waar we mee vlogen, Frontier, hoefden we niets te verwachten. Ach, dat is ook helemaal niet nodig op een vlucht van ruim twee uur. Een paar keer met je ogen knipperen en je bent er.
Denver heeft een hele mooie, moderne luchthaven. Zeker een paar foto's waard. Ik knipte er lustig op los toen er een dame aan kwam lopen die me waarschuwde: pas maar op, zometeen moet je je toestel inleveren, je mag hier geen foto's maken! Dat leek ons overdreven en we hadden het ook nergens gelezen, maar ja, het blijft Amerika en voor je het weet zit je in de Death Row wegens spionage....dus maar gauw alles weer opgeborgen. 



Ze zijn overal op voorbereid, ook op de af en toe voorkomende tornado's

In Chicago vonden we snel de aansluiting naar de Oranje metrolijn die we moesten hebben. Don, onze gastheer, had een uitgebreide beschrijving gegeven. Anderhalf uur waren we uiteindelijk onderweg van het vliegveld naar ons onderkomen. Overal konden we gelukkig met de lift, alleen het allerlaatste station deed daar niet aan. Dat was nog even bikkelen, vooral voor Bert die de tassen naar beneden moest slepen.
Op nog geen vijf minuten van het station stond ons huis. We vonden het makkelijk. Aan het hek hing een klein doosje met toetsen erop, waar we een cijfercode moesten intoetsen. Het deksel schoot open en de sleutels lagen erin, wat een systeem!
We lieten onszelf binnen, zoals afgesproken, en botsten tegen  de gastvrouw op, die was thuis. Dat is wel gek, je voelt je dan een beetje een indringer. Maar zij keek er niet anders om, sleepte één van de twee grote tassen voor ons naar boven en voorzag ons van grote glazen koude thee en water. De kamer was eenvoudig maar schoon en netjes. Naast de kamer hadden we een eigen badkamer ter beschikking, met handdoeken zo dik als ik ze mijn hele leven nog niet heb gezien.
Lindsay ging gewoon door met waar ze mee bezig was, wat ik wel knap vond. Ik zou zelf toch het gevoel hebben wat aandacht voor de gasten te moeten hebben maar zij kregen vrienden op bezoek en lieten ons onze gang gaan. Ook wel weer prettig. Na een verfrissende douche liepen we richting Lake Michigan. Dat is zo groot als Zwitserland en geeft je meer het gevoel aan zee te zijn. Het lag op steenworp afstand van ons huis te schitteren in de avondzon. Prachtige plaatjes leverde dat op.








Niet ons huis maar de straat om de hoek
Het Main Stage Theater ....
....met bijbehorende pub

Fietsen doen ze hier ook, op velerlei manieren

My beautiful laundrette...(film van Stepehn Frears uit 1985, daar moet ik altijd aan denken bij die grote wasserettes) 

De pub van het Main Stage Theater mocht ons als klant verwelkomen en na een degelijk maal rolden we het heerlijk zachte bed in. Wel even wennen allemaal, na zolang in een tent…. 

Dag 36 – maandag 20 augustus: Nederland – Denver


(Deze keer geen foto's)

Zo koud als gisteren was het niet vannacht. We hadden ons er wel op voorbereid en heel veel kleren aangetrokken maar toen we opstonden zagen we een grijs wolkendek in plaats van zon. Dat was meteen de verklaring, het was veel minder afgekoeld dan voorspeld. Minder koud dus ’s nachts maar ook minder warm overdag. Dat kwam goed uit: we moesten alles uit de auto halen en uitzoeken. Op de grote picknicktafel (voor 16 personen of zoiets) stalden we uit wat naar de Goodwill kon. Het beetje eten wat over was deden we er ook bij, voor zover  houdbaar. Al met al waren we er toch wel anderhalf uur zoet mee. Toen hadden we een flinke achterbank vol met weggeefspullen en onze eigen spullen in de bagageruimte. Er waren ook wat dingen die we terug wilden brengen bij de Walmart: een knalrode partytent, gelukkig niet nodig gehad achteraf; een stel ongebruikte wandelstokken; een fleece lakenzak, ook niet gebruikt. En de tent. Op de hoes ervan stond duidelijk dat hij waterdicht was, ook op de naden. Dat was niet zo, en dat wilden we maar even melden. Meestal sturen ze zo’n exemplaar dan terug naar de fabriek.

Op ons dooie akkertje reden we richting Denver. We hadden helemaal geen haast tenslotte. Onderweg tankten we voor de zekerheid nog voor $10 bij, het zou vervelend zijn als we vlak voor de finish zonder benzine kwamen te zitten. 

Met een goed overzichtskaartje van de onovertroffen Hallwag-wegenkaart in de hand reden we in één keer dwars door Denver, eerst naar de Walmart en daarna door naar de Goodwill. Bij de Walmart  keken ze niet eens naar het ducttape op de tent, we kregen zonder meer het geld terug. En ook voor de andere producten.  Een heel stuk rijker verlieten we de zaak. 
Voor de Goodwill moesten we iets verder rijden. We kwamen door een niet al te prettige buurt met veel motels van onduidelijk allooi. Na alles afgeleverd te hebben – dat voelt raar, toch een beetje een amputatie – reden we linea recta naar ons hotel, hetzelfde van de heenweg. Dat was ons uitstekend bevallen, lag dicht bij het vliegveld. We deden daar nog een laatste keer de was, dat is echt geweldig dat ze daar werkelijk overal voorzieningen voor hebben. Heel veel mensen hebben geen eigen wasmachine thuis, het is heel normaal dat je daarvoor naar een laundry gaat. Heeft nog een sociaal aspect ook: je spreekt nog eens iemand.

Vlakbij het hotel, dat in een zeer desolate omgeving staat van alleen maar méér van zulke hotels en vreetschuren van alle mogelijke fastfoodketens, aten we een fantastisch gegrilde hamburger. Ze kunnen echt lekker zijn! En omdat we buiten konden zitten op een niet onaardig terras dat toch een prettige zomeravondsfeer uitstraalde was het een mooie afsluiter.