Tegen twaalf uur, we hadden heel rustig aan gedaan omdat we
dachten naar Goblin te gaan, meldden we
ons bij de camphost. Ze had nog twee plaatsen vrij maar dacht dat we nummer 7 wel
het fijnst zouden vinden. Op mijn vraag hoeveel ‘first come, first served’ ze
dan vrij hielden gaf ze als antwoord ‘tien, maar de eerste vijf waren zo in
beslag genomen door mensen die er twee weken bleven, dus had ik er maar vijf
over. En daarvan zijn er nu al een paar dagen drie bezet.’ Dit geeft wel aan
hoe onvriendelijk het systeem is voor mensen die níet hun vakantie van dag tot
dag precies plannen, en dat ook nog een half jaar van tevoren. Ze had ook wel
veel klachten gehad, vertelde ze. Nou ja, wij zouden plek 7 niet zelf
uitgezocht hebben maar uiteindelijk stonden we er prima. Lekker veel schaduw, vlakbij
de museumwinkel , de paardjes en last but not least uitzicht op de rotsen.
We bleven een hele tijd bij de tent. Beetje lezen, beetje
schrijven, beetje slapen. En vooral genieten van deze unieke plek. Later reden
we nog de scenic drive, waarbij we ook de dirt road naar de Grand Wash meenamen.
En we bleven het maar tegen elkaar zeggen: wat is het hier toch onvoorstelbaar
mooi. Het houdt gewoon niet op.
’s Avonds kwamen zoals altijd de hertjes weer het terrein
op, op zoek naar gevallen appeltjes en ander lekkers. Dat blijft leuk om te
zien. We bleven nog lekker lang zitten lezen en ik liet de uitspraak van de
eeuw, die Bert vanmiddag deed toen we uitstapten aan het eind van de scenic
drive, meermaals over mijn tong rollen: ‘Goh, er is hier helemaal niets
veranderd!’. Ja dûh…die gesteenten hebben er miljoenen jaren over gedaan om zo
gevormd te worden, nee, dan zal er in twee jaar inderdaad wel niet veel
veranderd zijn. Waarvan akte.
Goh, er is hier helemaal niets veranderd 😁 |