Sprookjesachtig. Uniek. Dat zijn woorden die bij ons opkwamen toen we vandaag het zuidelijke en minder bezochte deel van de Canyonlands bezochten. Het is zo’n anderhalf uur rijden tot je bij de ingang van het park bent, maar o wat is het de moeite waard! Nu kan ik wel proberen het te beschrijven maar dat is in feite een zinloze bezigheid. Want hoe leg je uit dat iets zó betoverend mooi is dat je er stil van wordt; dat je geen mens om je heen ziet en wat dat met je doet in zo’n onmetelijk groot gebied; dat je je een nietig geheel voelt in het hele universum; dat je probeert je een voorstelling te maken van het leven dat de cowboys daar hadden, met 10.000 stuks vee om te hoeden terwijl ze zelf een kampement hadden opgeslagen onder de overhangende rotsen…..
Nee, dat valt niet uit te leggen. Dat moet je zelf meemaken (en misschien wel heel anders ervaren). Daarom doe ik dat ook maar niet. De foto’s geven misschien een indruk maar je mist altijd de context. Ach, het is in elk geval iets.
Nee, dat valt niet uit te leggen. Dat moet je zelf meemaken (en misschien wel heel anders ervaren). Daarom doe ik dat ook maar niet. De foto’s geven misschien een indruk maar je mist altijd de context. Ach, het is in elk geval iets.
Cowboykamp |
Steenmannetjes geven de route aan |
Onder de rots, in de schaduw is het aangenaam; daarbuiten zo'n graad of 40..... |
Skyline van rotsen |
De Klomp! |
Op de weg ernaartoe werden we door een hele grote witte pijl en een tekst op de rotsen nog gewezen op het feit dat daar een ‘hole in the rock’ te zien was. De plaatselijke toeristenindustrie had daar handig op ingespeeld, met succes want het stond er vol met auto’s. Als die mensen toch eens wisten wat er zo’n vijftig mijl verderop aan natuurschoon bevond….maar misschien maar goed ook.
Iets dichter al bij de ingang van het park bekeken we de
Newspaper Rock, een heel groot stuk rots vol met petroglyfen. Zo duidelijk
hebben we ze nog niet eerder gezien. Je wordt heel nieuwsgierig naar het
verhaal dat er verteld wordt en dat niet makkelijk wordt prijsgegeven. Men schijnt
niet in staat te zijn de petroglyfen nauwkeurig te dateren maar dat ze oud zijn
is zeker. Dat geldt dan weer niet voor de initialen die hedendaagse toeristen
meenden te moeten aanbrengen tussen die eeuwenoude rotstekeningen. Gekken en
dwazen schrijven hun namen op muren en glazen, helaas.
Vol van al het moois en nog steeds een beetje stil van
verwondering reden we terug om nog maar eens te genieten van een tapasmaaltje
bij de tent, eh…pardon….cabin. Wat een dag!