zondag 7 augustus 2011

Dag 20 - 6 augustus:van Clinton naar Clearwater

Dag 20 – zaterdag 6 augustus: van Clinton naar Wells Gray Provincial Park


Na douche en ontbijt brak Bert de tent af zodat ik me weer bezig kon houden met mijn vakantiehobby: het schrijven van dit blog. Dat werkt goed.
We reden door Clinton, een gat van anderhalve man en een paardenkop, richting Clearwater. Onderweg stuitten we op een oude, onbemande controlepost van de brandweer. Je kon er naar boven klimmen om uitzicht te hebben over de hele streek en bij helder weer kon je 160 km ver kijken. Het wás helder, dus we parkeerden de auto en gingen op pad. Een klein stukje door het bos voor je bij de post kwam. Maar het was wel berengebied, en dat blijft oppassen. Dus ik zette uit volle borst het ene liedje na het andere in. Berend Botje en het potje met vet klonken de beren vast als muziek in de oren: ze lieten zich niet zien. Bij het gebouwtje zelf zagen we een flinke marmot die zich maar langzaam uit de voeten maakte. Het uitzicht was mooi maar niet spectaculair: véél bos.







We karden rustig door langs de 99 en doken iets voor 100 Mile House het merengebied in. Omdat we de tank graag vol wilden houden maakten we een pitstop. Even tanken, zo gebeurd. Denk je dan. Ik liep met mijn briefje van twintig dollar naar binnen – je moet hier eerst betalen, en dan kun je pas tanken – om tot de ontdekking te komen dat het naast een tankstation ook een grote supermarkt was. En dat niet alleen: er was een bijeenkomst van de plaatselijke vereniging van huisvrouwen, waar hier kennelijk ook mannen lid van mochten worden – en die namen het hele pand in beslag. Tenminste, zo leek het. Het halve dorp was uitgelopen om precies op dit moment de voorraden eens lekker aan te vullen. Ik moest wachten. Tja, wat doe je dan? Toch maar in de rij. Wachten. Maar weggaan? Het schoot net weer een beetje op. Toen ik bijna aan de beurt was ging er bij de dame voor mij van alles mis. Het bonnetje kwam niet uit de kassa, ze wilde nog een lot kopen maar kreeg niet het goede, ze was haar cheque kwijt…….Kortom, úren later (voor mijn gevoel dan) kwam ik weer naar buiten en konden we de auto te drinken geven.
Maar het gaf niets, het is vakantie en we hadden alle tijd. Even verderop stond een bordje met ‘cappuccino’ en we hadden wel zin in koffie na al dat wachten. We dachten terecht te komen bij één van de ons inmiddels bekende koffie-kiosken, maar het bleek een schitterend aan het meer gelegen Italiaans restaurant te zijn. 

Uitzicht vanaf de Librije....eh....het Italiaanse restaurant van Luca


De uitbater, een uitermate hartelijke man, ontving ons met open armen. Italiaan van origine en al tien jaar woonachtig in Canada. Hij had behalve koffie ook huisgemaakte lemoncake in de aanbieding en daar zeiden wij geen nee tegen. We dronken de beste cappuccino aller tijden. Luca ( je maakt gauw vrienden op reis) kwam gezellig een praatje maken en we voelden ons opperbest: afgezien van de koffie was ook de cake meer dan voortreffelijk, en dan nog zo’n prachtig uitzicht…wat wil een mens nog meer? We moesten echter toch verder, het was weer zaterdag en dan moet je voor een kampeerplek immers op tijd zijn. Dus vroegen we de rekening. Ik keek, en dacht dat er een fout gemaakt was. Ik keek nog een keer….maar het stond er echt: $43,50! Voor twee cappuccino (per persoon, dat wel) en cake!! We waren niet gewoon bij Luca, maar bij de Jonnie Boer van Canada terechtgekomen! Nou ja, we betaalden zonder een spier te vertrekken. Eigenlijk moesten we er ook wel heel erg om lachen. En we geven verder heel weinig uit, dus zo dramatisch was het ook weer niet. Vanaf dat moment werd het een sport prijzen te relateren aan ‘een kopje cappuccino’. De wederom geweldige campground die we vonden kostte maar 3 slokjes…
Onderweg hadden we nog brandhout gekocht (een druppel) en de voorraad blikjes aangevuld (half kopje).
Het park bestond niet alleen uit veel bomen maar was ook een geweldige biotoop voor muggen. Het eerste wat we deden was dan ook ons helemaal insmeren met DEET. Dat was afdoende om ze te weren, en toen we ook nog een vuurtje hadden gemaakt verkozen ze een andere tent om bij te gaan zeuren om eten.
Voor de verandering hadden we eens een stukje vlees gekocht: heerlijke malse steak. Met sla en aardappelpuree weer een supermaaltje. We hebben nog een tijdje bij het vuur gezeten, en zijn tegen tien uur lekker de slaapzak ingedoken.





Dag 19 - 5 augustus: Vancouver - Clinton

Dag 19 – vrijdag 5 augustus: Vancouver – Clinton

Vandaag vroeg opgestaan. Terwijl Bert de tent afbrak schreef ik nog wat aan het blog en dat konden we vlak voor vertrek posten.
We reden de Sea to Sky- highway en dat was ronduit schitterend. Wat een uitzichten! Het deed ons erg aan Noorwegen denken. We genoten met volle teugen, later ook van de Starbucks koffie trouwens. Helaas konden we niet overal stoppen om foto’s te maken: we reden daarvoor aan de verkeerde kant van de weg en hier in Canada mag je dan niet, zoals in de USA meestal wel mag, de weg oversteken om een parkeerplaats op te draaien. Jammer maar niets aan te doen. Waar het wel kon stopten we natuurlijk.
Iets voorbij Whistler liep er een grote hond op de weg. Dachten we. Het bleek een beer te zijn, een zwarte die hoog op de poten stond. Het kwam zo onverwachts dat we te laat waren met de camera…maar de eerste is gespot!
De tocht bleef ons verrassen door alle schoonheid. Wat een landschap! De naam Davy Crockett, met zijn eeuwige beverstaartenmuts, kwam spontaan bij me op, dit moest zijn land geweest zijn. (Alleen voor de oudere generatie onder ons denk ik…)











Uiteindelijk zijn we doorgereden naar een camping vlak voor Clinton (nee, geen relatie met of familie van). We waren hierover getipt door een stel Canadezen die we ontmoetten bij een uitzichtpunt over de rivier. Zij kwamen daar regelmatig even kijken om de waterstand in de gaten te houden, ze woonden namelijk zelf in de ‘floodzone’ en wilden het risico inschatten.
Ze bleken een buitenhuis te hebben vlakbij genoemde camping en we mochten ook met alle plezier op hun grond kamperen. Dat aanbod hebben we afgeslagen, maar het was reuze aardig natuurlijk.
De camping was een juweeltje. 








Heel rustig, gras, aan een meer, warme douches bij de prijs in en gratis waterfietsen. Prijs: $11,50! Als je dat vergelijkt met de camping in Vancouver….O ja, we konden ook nog onze was doen. Fantastisch! Het enige minpuntje: er loopt een weg langs met toch redelijk wat verkeer. Als je daar gevoelig voor bent moet je er niet heen. Maar wij hadden Vancouver al doorstaan, daar stonden we ongeveer midden in het klaverblad Oudenrijn, dus voor ons was het peanuts. En oordoppen doen werkelijk wonderen: ik slaap dan overal doorheen.
Morgen hopen we in Clearwater te komen. Eens zien wat die dag ons brengt. Welterusten!

Dag 18 - 4 augustus: Vancouver

Dag 18 – donderdag 4 augustus: Vancouver

Het eerste wat we vanmorgen deden was naar de lounge gaan, de enige plek waar wifi was. We wilden namelijk nog even skypen met Inger, die morgen naar Mexico vertrekt en ook Jette feliciteren: scriptie ingeleverd! Nu zijn ze alletwee klaar, heerlijk.  De verbinding kwam vlot tot stand en daarna namen we de bus naar het centrum. Er was nog even een klein misverstand over de prijs maar het bleken twéé zones te zijn die we moesten nemen, en de chauffeur was (terecht) onverbiddelijk. Gelukkig hadden we nog wat muntgeld, anders kom je echt de bus niet in. Gisteren reden we voor $3 heen én terug, vandaag werd het $10 in totaal. Valt ook nog mee dus.
We zijn eerst naar het Canada Placegebouw gelopen. Dat gebouw, ontworpen door de Duitse architect Ed Zeidler, heeft een dakconstructie die op zeilen lijken. Die zeilen staan symbool voor de Canadees-Pacifische vloot uit 1891 die de economie van de stad een enorme boost heeft gegeven. Daarnaast liggen de grote cruiseschepen te wachten op hun passagiers. Het mooie van deze plek is dat je er helemaal omheen kunt lopen en schepen van heel dichtbij bewonderen. Mijn fantasie ging met me aan de haal en ik waande me op een zo’n schip, honderd jaar geleden, de wereld verkennend terwijl op de achtergrond een strijkje speelde……idioot natuurlijk, ik moet er niet aan denken gevangen te zitten op zo’n boot, maar toch. Héél even…..





Cruiseschip klaar voor vertrek


Er moet ook schoongemaakt natuurlijk

De bemanning kijkt uit over de stad

Watervliegtuigjes vlogen af en aan

Bert's nieuwe vriend (hij volgde hem gewoon!)

Daarna zijn we richting Chinese tuin gelopen, intussen genietend van alles om ons heen. Het liep ook tegen lunchtijd dus we keken met een half oog ook of we iets zagen waar we even konden zitten. We kwamen terecht bij Finch’s, een koffie- annex theetent met broodjes en salades, alles ‘organisch’. Dat is goedbeschouwd een rare term, alles wat groeit en bloeit is toch organisch? Maar goed, het was zeer sfeervol (wij zaten in de etalage) en gezellig druk dus we hebben ons daar prima vermaakt. Bert vond de koffie zelfs de lekkerste tot nu toe. Zoals bij veel gelegenheden tegenwoordig kreeg ik mijn broodje ook hier op een stuk papier geserveerd. Soms krijg je een plastic mandje met papier, daar gaan echt hele maaltijden op. Scheelt natuurlijk enorm in de kosten: geen afwas, geen opslag voor servies, noem maar op.


Bij Finch's in de etalage




Voordat we bij de tuin kwamen zijn we nog het nieuwe Chinese winkelcentrum, bij de ingang van Chinatown, binnengelopen. Niet veel aan eerlijk gezegd. Ook Chinatown hebben we maar gelaten voor wat het was. 
De Chinese tuin was schitterend. Heel klein eigenlijk, maar zo ingenieus ingericht dat je werkelijk vanuit elke hoek een ander beeld kreeg. Het was de eerste klassieke Chinese tuin die buiten China gebouwd is (het is daadwerkelijk een gebouw). Het water in de vijvers werd expres heel modderig gehouden, met een speciaal soort modder, om de reflectie zo intens mogelijk te krijgen. Het was echt een pareltje. En dan zie je op de achtergrond de grote, moderne gebouwen van Vancouver…









Na de tuin zijn we teruggelopen richting centrum. We kwamen door Hastings East, werkelijk niet te geloven: een en al junks en dealers. Zoveel hebben we er nog nooit bij elkaar gezien. 


En dat is het gekke van een stad: je gaat de hoek om en je komt bij een heel gezellig pleintje, het Maple Tree square alwaar we een drankje namen en een tijdje mensen hebben gekeken – altijd leuk – en het standbeeld van Gassy Jack (oprichter van Vancouver) konden bewonderen. Af en toe zagen we nog wel iemand om geld vragen, maar van de louche sfeer honderd meter verderop was niets meer te merken. Daarna zagen we nog de Steamclock die zogenaamd op stoom loopt, wat hij vroeger inderdaad deed, maar tegenwoordig gewoon op het electriciteitsnet is aangesloten.
In diezelfde straat waren ontzettend veel leuke en trendy winkels. Bij één zaak kon je de meubels kopen van alle grote designers zoals de Lounge Chair van Eames of de Barcelona stoel van Mies van der Rohe. Wel namaak…..




Onze laatste actie was het bezoeken van de bibliotheek. Tja, aardig was het, maar als je net die van Koolhaas gezien hebt is het toch een tegenvaller…..
Het centrum met o.a. de bibliotheek
Het was inmiddels bijna zes uur. We pakten de bus terug, kochten een hele voorraad vers fruit en verse groenten bij het grote winkelcentrum vlakbij de camping en zetten de foto’s op schijf. Weer een dag voorbij. Morgen richting Whistler en dan door naar Wells Gray. Kijken hoever we komen!