dinsdag 22 juli 2014

Dag 17 – Zondag 20 juli: Vancouver - Lillooet

Bij een nieuwe kleur auto hoort eigenlijk ook een bijpassende tent. Het rood combineerde nu niet zo mooi met de cognackleur van de Dodge. Helaas voorziet de verhuurder daar niet in. Jammer.

Eerst sliepen we maar eens een gat in de dag, in dat lekkere Hiltonbed. Geheel verkwikt reden we om half twaalf de stad uit, richting Whistler. Dat was de eindbestemming voor vandaag. Jammer genoeg werkte het weer ook hier niet mee, grauw en grijs domineerden het beeld. Maar misschien zou het verderop beter worden, we moesten nog een eindje rijden tenslotte. Het werd slechter. De temperatuur daalde tot 15 graden en het regende steeds harder. In Whistler wilden we in het Visitor Center om informatie vragen. Om er alleen maar te mogen parkéren moest je al $2 betalen! Dat hadden we gauw gezien dus, dan maar geen info. Als het allemaal zo commercieel moet haken wij af. Omdat we heel graag de natte spullen uit wilden hangen en zelf droog wilden blijven besloten we een cabin te huren. Tenminste, dat probeerden we. Bij de Riverside camping hadden ze wel iets, ja hoor. Prijs: net zo duur als de kamer in het Hilton! Dacht het niet. Dus weer verder. Whistler hadden we al uit ons hoofd gezet. In een plaatsje verderop, Pemberton, was een groot muziekfestival aan de gang. Enorme podia, heel veel mensen en velden vol tentjes die om het hardst vochten om de vierkante centimeters. Alles in de stromende regen. Er zat voor ons eigenlijk maar één ding op: veel verder rijden en daar dan maar iets proberen te vinden. Zo gezegd zo gedaan. We hadden deze weg drie jaar geleden ook al eens gereden, toen in de stralende zon. Dat gaf wel een heel ander beeld. Nu was het saai, koud en nat. De temperatuur daalde en daalde om uiteindelijk uit te komen op een schamele elf graden. En niets te vinden aan accommodatie….We wisten dat er vlakbij Clinton een mooi kampeerterreintje was, in het gras en met douches en wasmachines. Dan daar maar naartoe. Vlak voor het plaatsje Lillooet (probeer het maar eens uit te spreken) begon de temperatuur te stijgen. Het was inmiddels half zes. En alsof de weergoden vonden dat we nu wel genoeg geleden hadden brak ook de zon nog door. Als klap op de vuurpijl zag ik een campground die heel aardig leek. Droog en bovendien gratis!  

DSC09293

 

De temperatuur was opgelopen tot 21 graden en we hoefden er niet lang over na te denken. Snel prikten we de tent vast. Zo gebeurd. Matjes erin, slaapzakken idem dito. Nu het dakje er nog even op.

P1050264

Dakje? Dakje?? Waar is het dakje??? Wel gloeiende g…..dakje in Alder Bay laten liggen! Op de picknickbank! Keurig in een plastic vanillezak, die erg leek op die waar de houtblokken in zaten die we achter hebben gelaten. Shiiittttt…..
We keken eens naar de lucht. Hmm, zag er toch wel wat betrokken uit. Nog een nacht de tent uitdrijven, daar hadden we geen zin in. Na enig nadenken besloten we Lillooet in te rijden op zoek naar touw. Dat had ik normaal gesproken elk jaar mee, maar nu even niet. Gelukkig bood de plaatselijke supermarkt uitkomst, en voor $2 waren we de trotse bezitters geworden van een flinke bundel outdoortouw. De tarp, die we normaal gesproken ónder de tent legden, spanden we er nu overheen. Opgelost! Morgen zien we verder.

 

                            P1050260    P1050259

Terugkomend van de winkel hadden we een man het kampeerterrein op zien lopen met een grote pizzadoos onder zijn arm. Besteldienst? Hoe gek kun je zijn. Opeens, terwijl wij aan het koken waren, verscheen hij bij onze tent. Nou ja, soort van tent dan. Hij had allemaal vers geplukt fruit bij zich dat hij probeerde te verkopen. Ik viel als een blok voor een bakje kleine abrikoosjes, lekker als toetje! Hij liet ons nog een boysenberry proeven, het leek op een kruising tussen een framboos en een braam. Heerlijk van smaak. De abrikozen waren de lekkerste die ik ooit gehad heb. Zó sappig.

Van kampvuurtjes is op het moment geen sprake. Het is hier zó verschrikkelijk droog en heet geweest – de kassière in de supermarkt had het over 42 graden – dat er overal branden zijn ontstaan. Begrijpelijk dus dat je geen vuur mag maken.

 

P1050265

Nu maar eens afwachten wat de nacht ons brengen gaat. Regen? Storm? Sneeuw? We zullen zien….

 

Dag 16 – Zaterdag 19 juli: Alder Bay – Vancouver

De hele nacht heeft het gegoten. Op een goed moment kon de tent het niet meer aan en sijpelde het water gezellig richting slaapzak. Er ontstond zo midden in de nacht een klein riviertje, en wij deden ons uiterste best alle waardevolle spullen droog te houden. Uiteindelijk zijn we wel weer ingeslapen, zij het onrustig. ‘s Morgens bleek dat niet alles het droog gehouden had, maar grote rampen hadden zich niet voorgedaan. Wel waren de slaapmatjes aan de onderkant enigszins doorweekt maar dat droogt snel weer op is de ervaring.

We braken de boel dus kletsnat op, het regende nog steeds. Het werd daardoor een beetje een haastklus, maar toen alles goed verpakt in plastic zakken zat reden we naar het kantoor om van Jeany en Rick afscheid te nemen. Daar vertelde Jeany een raar verhaal: ze was net gebeld door een garagebedrijf uit Port McNeill (10 km verderop) dat daar zomaaar onze Equinox gedropt was, met de sleutels erin. Heel vreemd. Hij zou naar Victoria gebracht worden. Maar goed, niet ons probleem, Jeany heeft alleen onze verhuurgegevens naar die garage gefaxt en we nemen maar aan dat het opgelost wordt.
Jeany gaf ons een big hug, we waren nu immers familie! Om half tien vertrokken we  richting Port McNeill voor een ontbijtje bij Mugz, en zetten toen koers richting zuiden.

De eerste kennismaking met de Dodge verliep wat stroef. Hij heeft beduidend minder opbergvakken, ontbeert het zo ontzettend handige ingebouwde kompas en heeft bovendien geen achteruitrijcamera. Die best heel handig is. Dat zijn echter allemaal overkomelijke onvolkomenheden. Wat veel vervelender is: hij slurpt benzine. We gaan het nog eens precies narekenen bij de volgende tankbeurt, maar tot nu toe komen we uit op 1:8 in plaats van de 1:12 van de Equinox. Op zijn rijprestaties valt echter niets af te dingen, die zijn uitstekend.

Oorspronkelijk wilden we met de ferry oversteken naar Powell River, dan de ferry naar Earls Cove nemen en tot slot nog de oversteek Vancouver. Onderweg naar Campbell River stelden we onze plannen bij. We besloten het bij één overtocht te houden en wel direct van Nainamo naar Vancouver. Want het weer zat tenslotte niet mee, en we wilden nu wel weer eens zon zien. Die hoopten we op het vasteland te kunnen vinden.
We vonden moeiteloos een plekje op de ferry van twintig over vijf. Bij de MacDonalds in CR kregen we Jette nog even te pakken voor ze maandag naar Japan vliegt voor drie weken vakantie. Door de vreselijke vliegramp in Oekraïne kreeg dat toch een iets andere dimensie, hoewel we er gelukkig ook vrij nuchter tegenaan keken. Wat moet je anders?

             P1050242       P1050243             

             P1050253       P1050255            

Wachten in de rij; nog even een rootbiertje wegtikken (nee, géén alcohol!); op de ferry

 

In Vancouver reden we naar het vliegveld. We wilden bij het verhuurbedrijf van Alamo vragen of ze misschien een andere auto hadden. Want naast eerder genoemde zaken waren we ook in een heftige strijd met de verlichting geraakt: als we de lichten aan deden ging de dashboardverlichting uit. We troffen er een uiterst vriendelijke medewerker, die ruim de tijd nam om mee te lopen een ons te vertellen hoe het werkte. Hij beaamde dat de Dodge niet bepaald een gebruiksvriendelijke auto is en het kost relatief veel tijd uit te vogelen hoe alles werkt. Hij wilde ons met alle plezier een andere auto geven maar kon dat niet omdat we een Amerikaans nummerbord hebben. Iets met invoerrechten denk ik.
Of hij nog iets voor ons kon doen? Ja, een hotel vinden, het was al half tien en we hadden het wel gehad. Hij wees ons de infobalie op het vliegveld omdat die speciale prijzen hebben. Als je zelf aanklopt betaal je veel en veel meer. Het lukte ons om een plek te vinden…in het Hilton! Dat werd de tweede keer in ons leven. Bij binnenkomst vertelde de receptionist dat we een mooie kamer hadden, op de hoek. Dat klopte: het was een suite zodat het haast een appartementje leek. Er zat zelfs een balkon bij. Voor mij veel te hoog boven de grond, op de 15e verdieping, maar Herman Brood had het vast geweldig gevonden.

DSC09291                                    Uitzicht vanaf het balkon: Vancouver by night

Eten deden we bij uitzondering ook maar in het hotel: een hamburger op z’n Hiltons. Lekker! We keken nog even naar heerlijke oude muzieknummers uit de Ed Sullivanshow, met de Beatles, de Mama’s en de Papa’s en meer van dat soort werk. Daar slaap je wel lekker bij in, zeker in zo’n geweldig Amerikaans zacht bed van twee bij drie meter!