woensdag 30 juli 2014

Dag 25 – Maandag 28 juli: Yellowstone

Bert heeft vandaag een bok  van jewelste geschoten. Echt. Ik kom erop terug.

Om acht uur reden we het kampeerterrein af op weg naar Red Lodge. Dat ligt ruim tweehonderd kilometer oostelijk van Yellowstone. De weg ernaartoe voert je in eerste instantie door de Lamarvallei, waar de wolven hun thuis hebben. Ik reed. We waren een goed half uurtje op weg toen Bert opmerkte dat we nog helemaal geen bizons gezien hadden. Nee, zei ik, die zitten hier ook niet. Hier heb je wolven! We reden een bochtje om en ziedaar: bizons!  Niet een paar, maar werkelijk hónderden. Misschien wel duizenden zelfs. Terwijl we langs de kant stonden te kijken riep een Franse dame ons toe ‘kijk, een wolf!’ Nou, die moest dan wel net als Obelix in de ketel met toverdrank gevallen zijn, want hij leek toch verdacht veel op een bizon. Gelukkig zag de dame in kwestie dat zelf even later ook.

 

DSC09502  DSC09504 P1050515

Iets verderop stonden weer allemaal auto’s langs de kant. Dan kun je zelf ook maar het beste stoppen dus dat deden we. Er bleek een osprey in een boom te zitten. Een visarend. Met heel veel moeite konden we iets ontwaren wat op een vogel leek, ver weg in een boom. We probeerden op goed geluk wat foto’s te maken maar die zijn het publiceren niet waard. Ach, en wat kan het nog toevoegen aan de schitterende opnames van een soortgelijk exemplaar op The Old Bridge in Lillooet (dag 18)?
Natuurlijk viel er verder nog genoeg te zien. Paarden die stonden te wachten op hun berijders, zwaluwnestjes die tot een waar kunstwerk samengevoegd waren, vergezichten….we schoten geen meter op.

 

             DSC09513 DSC09516 DSC09517

 

P1050524

DSC09525

Net voorbij de Northeast Entrance, voor ons meer de Exit vandaag, stopten we even in Silver City om koffie te drinken en te ontbijten. Je kon je hier wel in  Oostenrijk wanen, ergens bovenin de alpen. Het meisje van het café was uiterst vriendelijk. dat wil zeggen, toen ze er eenmaal was want dat duurde nogal even. De op de kaart aangeprezen Colombiaanse koffie, zelf gemalen!, was vast lekker geweest als hij er niet alleen maar overheen was gevlogen. Een onvervalste bak Amerikaans slootwater. Bert nam French Toast en ik vers fruit met toast. Na drie kwartier kwam het eindelijk op tafel. Normaal gesproken waren we allang weggeweest, maar we zaten er lekker in het zonnetje van de prachtige omgeving te genieten, dus ach.

 

P1050528

De wentelteefjes waren vrij smakeloos. Zelfs met een halve liter syrup viel er niet veel eer aan te behalen. Mijn bord met fruit was mooi opgemaakt maar helaas, alles onrijp. Dat ging dus retour keuken. Ze doen daar nooit moeilijk over en zetten het gewoon niet, of niet helemaal, op je rekening. Jammer allemaal, maar het kon onze stemming niet bederven.

                         P1050531 P1050532

 

We reden door en vielen van het ene hoogtepunt in het andere. Figuurlijk qua schoonheid, letterlijk qua hoogte: we zaten dik boven de 3000 meter. Eerst zagen we de sneeuw van onderaf bovenop de bergen liggen, later keken we er vanaf nog veel hogere toppen op neer. Over de weg naar Red Lodge doe je normaal maximaal drie uur, wij deden er zeven over! Steeds weer uitstappen, kijken, ons verbazen en foto’s maken. De foto’s geven slechts een flauwe afspiegeling weer van hoe het werkelijk was en ook in woorden valt het niet te vatten. Dat probeer ik dus maar niet.

P1050538                                                           Besneeuwde toppen op de achtergrond

 

 

DSC09545

DSC09553 P1050554 P1050547

P1050558                                                      Op het dak van de wereld

   DSC09559 P1050559 DSC09567

 

      DSC09571   P1050561   DSC09579

                                               Middelste foto: De Schreeuw van Munch?

Na deze schitterende rit reden we naar Cody, het plaatsje waar Buffalo Bill – die eigenlijk gewoon Bill Cody heette – vandaan komt. Het was er drukkend warm. We liepen er een tijdje rond en besloten vast te gaan eten bij een goed uitziend Italiaans restaurant. Het voorgerechtje dat we samen deelden blonk uit door z’n eenvoud: gegrilde gamba’s op geroosterde stukjes stokbrood, rijkelijk overgoten met uitstekende olijfolie waarin een pepertje en dunne schijfjes knoflook meegebakken waren. Om je vingers bij op te eten. Hebben we net niet gedaan, dat zou het schrijven van deze stukjes ernstig hebben bemoeilijkt. Daarna aten we samen één pizza en dat was precies genoeg. Aldus gesterkt reden we om vijf uur weer richting Yellowstone. Alweer zo’n fantastische rit, geheel anders dan de heenweg. Hier reden we niet over de passen naar boven en beneden maar bleven we meer in de vallei met z’n mooie kleurige rotsformaties.

                         P1050565 P1050568

We reden het park weer binnen via de East Entrance. Het bijzondere van Yellowstone is de verscheidenheid aan landschap, vegetatie en fauna. Dat levert heel wisselende beelden op.

 

DSC09582

Er was nog enig oponthoud, we stonden regelmatig even in de file door langzame voorgangers. 

P1050572  DSC09588  DSC09587                                    

Deze meneer wilde eigenlijk het liefst even IN de auto. Vonden wij geen goed idee.

Tja, en dan ben je bijna thuis en dan komt ie: grizzly nummer twee! Weliswaar van véél grotere afstand dan de eerste, maar toch. 

P1050571 

Het was intussen gaan regenen. Soms wat harder, soms wat zachter, maar onmiskenbaar nat. We waren dan ook blij dat we al gegeten hadden, wijn konden we wel in de auto drinken. Wat niet nodig bleek: vijf minuten voor we de camping opreden werd het droog, sterker nog, het had er niet eens geregend! We konden dus nog heerlijk buiten zitten, nagenietend van deze topdag en met die wijn kwam het ook wel goed. We raakten nog even in verwarring. Ons tentje was verplaatst! Van nummer 72 naar 70! Hoe kon dat nou? Tot we een helder moment kregen en zagen dat het niet onze tent was, maar wel precies hetzelfde model dat we eerder aldoor gehad hadden en dat nu dakloos door het leven gaat. Ach, het was een lange dat geweest zullen we maar zeggen…… Op het moment dat we de rits van de tent achter ons dichtdeden vielen de eerste regendruppels. Ook hier.

O ja, die bok. De allereerste keer dat we dit park binnenreden (2010), stond er een mannetjeselk  pontificaal langs de weg. We wilden echter opschieten om zeker te zijn van een kampeerplek op Norris (voor ons de eerste campground in Amerika, daar begon het allemaal) en lieten de bok voor wat het was. Sinds die tijd, we spreken over 2010, probeert Bert alsnog een plaatje van een bok te schieten. Dat lukte gisteren. Op het stuk tussen Fishing Bridge en Tower Roosevelt, daar stond ie dan: klaar voor de foto! Waarvan akte.

DSC09585

Dag 24 – Zondag 27 juli: Yellowstone

Precies dát maakt kamperen zo fijn: je hebt met niemand iets te maken en kunt helemaal je eigen gang gaan.  Als je geen zin hebt om op pad te gaan blijf je gewoon lekker voor je tentje (of, vooruit, je busje of je caravan) hangen. Je kookt je eigen potje omdat je dat gehannes en gekeutel bij de tent zo leuk vindt maar niemand verbiedt je om buiten de deur te eten als je daar zin in hebt.
Dus stonden we op ons dooie gemak op, zetten de gebruikelijke bak koffie en namen een simpel ontbijtje. Na dit ochtendlijk ritueel vonden we het tijd voor wat actie. We reden naar Norris om daar het gelijknamige geiserbassin te bezoeken. Er is daar een kilometerslang traject uitgezet, deels, over vlonders zodat je niet per ongeluk door de ogenschijnlijk solide maar in werkelijkheid zeer dunne aardkorst heen zakt. Dan heb je namelijk zeker weten gekookte voeten en dat is niet wenselijk, je moet nog flink doorstappen tenslotte.
         DSC09437  DSC09451 P1050460             DSC09456  DSC09464 DSC09478     DSC09471DSC09485 DSC09444
           DSC09461
We deden deze trail al eens bij avondlicht maar ook in volle zon was het weer onwaarschijnlijk  bijzonder. Wat óók bijzonder was: we waren vergeten hoe het ook al weer moest, een paar uur in de hitte lopen. Afgelopen jaren hebben we dat zeer veel gedaan. Altijd goed voorbereid, met voldoende water en iets op ons hoofd. Tja, niet aan gedacht, of beter, ons niet gerealiseerd. Dat was dus wel even zweten! Maar allemachtig, wat mooi.
Al met al waren we toch pas om half zes bij de tent terug. Omdat we bij avondlicht naar de bovenste terrassen van Mammoth Hot Springs wilden aten we vroeg. Helaas niet helemaal vroeg genoeg, de zon was net weg. Toch konden we wel wat mooie plaatjes schieten en het was in elk geval rustig.

              P1050508
DSC09493

P1050503 
Voor een vuurtje was het te laat. We zaten dus bij het licht van onze eigen lamp nog wat na te praten (aan verlichting op kampeerterreinen doen ze hier bijna nergens). Die lamp hadden we overigens nu pas voor het eerst nodig ‘s avonds omdat het in de noordelijker gebieden overal zo lang licht bleef dat we om tien uur ‘s avonds nog met gemak een boek konden lezen.Morgen zou de wekker vroeg gaan. We gaan dan een lange autorit maken, naar Red Lodge, vervolgens naar Cody, en dan via de East Entrance van Yellowstone weer terug. Bij elkaar zeker zo’n 500 km. Dat is diagonaal heel Nederland door, maar dan met bergen.

Dag 23 – Zaterdag 26 juli: Yellowstone (Mammoth Hot Springs)

Om zes uur ging de wekker. We gooiden snel de spullen achterin om zo vroeg mogelijk in Yellowstone aan te komen. Onderweg reden we bijna een elk ondersteboven maar het ging nog net goed gelukkig.

P1050609

Om precies half acht stonden we voor de ingang van de campground. We waren de eersten en mooi op tijd: al snel groeide de rij achter ons aan. Het loket was nog dicht. Iets voor achten werden de luxaflexjes omhooggehaald en konden we vragen om een plek. Terwijl wij ernaar toe liepen kwam er met grote snelheid een auto aanrijden die de rij wachtenden passeerde. Er buitelde een troepje Japanners uit. Eén van hen, een chagrijnig en luidruchtig kauwgom kauwende jongedame, stoof naar het loket om een plek te bemachtigen. Haar werd echter vriendelijk doch dringend verzocht achter aan te sluiten. Goed zo! Wij kregen een tentplek met schaduw, daarvan waren er twee op het hele terrein. Heerlijk. Op alle andere plekken staat je tent de hele dag in de zon te branden. Het is hier overigens niet zo heet als we wel eerder meegemaakt hebben: een strakblauwe lucht en 25 graden, wat wil je nog meer? De ons toegewezen plek was heel ruim en vrij. De tent staat iets boven het ‘zitgedeelte’ in een grindbak. Mooi vlak dus.

 

DSC09429

 

 

 

 

P1050437

Wat ze op deze campground, onze absolute favoriet trouwens, óók heel handig gedaan hebben is het inrichten van de kampeerplekken voor invaliden. Die hebben allemaal een verhoogde grindbak, waardoor je zo vanuit je rolstoel de tent ingekieperd kunt worden. Reuze makkelijk.  De wc heb je ook vlakbij, om daar te komen moet je van een soort hellingbaan afroetsjen zodat je in vliegende vaart gelanceerd kunt worden op de wc. Moet wel iemand de deur voor je openhouden, anders krijg je het  Jerry-effect en hang je er platgeslagen tegenaan. Ja, er is over nagedacht!

 

P1050451                                                                De gehandicaptenkampeerplek

Vandaag was het voor ons verder een rustdag. Eerst maar eens koffie gezet en pancakes gebakken als ontbijt. Daarna gelezen en het blog bijgewerkt. In de loop van de middag zijn we naar Gardiner gereden, dat ligt op ongeveer 8 minuten rijden maar wel net buiten het park. We deden boodschappen in de plaatselijke supermarkt en vulden de houtvoorraad aan. Op de terugweg konden we de steenbokken op de foto zetten die een rotsformatie aan de kant van de weg als domicilie hebben.

                       P1050434 P1050423

 

In Mammoth Hot Springs kochten we in de eetzaal van het grote hotel internettoegang. Voor een uurtje $5, dat moest genoeg zijn om wat mails te beantwoorden en weer een paar blogs te posten. Om een uur of vijf liep de eetzaal langzaam vol. We keken het met stijgende verbazing aan: één persoon heette de gasten welkom, een ander verwees ze naar een tafeltje, de derde bracht glazen koud water, de vierde kwam met de menukaart en nam de bestelling op, de vijfde bracht het eten, de zesde nam het allemaal weer af en de zevende bracht de rekening. Efficiënt! Nu begrijpen we ook waarom het economisch herstel zich hier weer wat aftekent: door de werkgelegenheid! Met zeven man personeel om één stel gasten te bedienen kan dat haast niet anders. Toch?

Bij de tent maakten we wat vroeger dan gewoonlijk het vuur aan. Opnieuw wilden we aardappels poffen, maar nu op de manier zoals Jeany uit Alder Bay mij heeft uitgelegd: je wikkelt ze in folie, dompelt ze dan goed in koud water en doet er vervolgens wéér folie omheen. Dat deden we dus, en het vlees ging natuurlijk niet ín maar óp het vuur. Het lukte veel beter zo, met de piepers, maar ze moeten er langer in dan we dachten. Voor de grote aardappels die wij hadden minstens een uur denk ik. Ze waren nog niet helemaal gaar, maar de buitenkant konden we er afschrapen en met de sour cream smaakte dat prima.

 

                                  P1050445 P1050447

Al met al dus een rustige, ontspannen dag. Morgen gaan we wel weer eens iets bekijken hier, in dit park der parken.