Dag 29 – zaterdag 7 augustus – Mojave
Om vijf uur vanochtend maakte Bert me wakker: onweer! En dus ook regen. Omdat we onze tent niet vertrouwden in combinatie met teveel water maar snel alles in de auto gelegd. We probeerden nog even te slapen maar zagen al snel Sieger en Gera verschijnen. Gera heeft een MINISCUUL tentje, ze moet er haast horizontaal inschuiven. Behalve klein is hij ook nog knalgroen, dus je kunt zeker spreken van een opvallende verschijning in tentenland.
Wij hadden eigenlijk nog een nachtje willen blijven staan, maar de lucht zat zo vol water dat we besloten maar op te breken en met Gera en Sieger mee te gaan richting San Diego. Richting, want zover zouden we in één dag natuurlijk niet komen en dat was ook niet de bedoeling.
Sieger had alles in zijn I-phone en GPS gezet, het enige wat wij deden was achter hem aan rijden. Bij een grote WalMart hielden we een lange pauze. Wij hadden haast geen eten meer en moesten flink inslaan, en Sieger wilde ergens zijn mail lezen dus die dook met zijn Apple de Subway in. Gera benutte de tijd om ansichtkaarten te schrijven én te posten, zo deden we allemaal iets nuttigs.
We hadden geen idéé waar we heengingen, voor ons was het een verrassingstocht. Bij Las Vegas maakten we nog een stop bij de Target waar Sieger 24 flesjes water haalde voor $2. Die man is ongelooflijk, hij weet van álle producten waar je die het goedkoopste kunt krijgen!
Gera wees ons waar onze volgende pleisterplaats zou zijn: in het Mojave-reservaat. Ze had een campground gevonden die wat hoger lag zodat het niet al te warm zou zijn. Want dat was het inmiddels wel geworden: de regen had plaatsgemaakt voor zon.
Vanaf Las Vegas was het nog ongeveer twee uur rijden. Toen we van de Interstate (= autoweg) afgingen reden we de woestijn binnen, en hoe! Het landschap werd gedomineerd door de Joshua Tree, een Yuccasoort, die groeit alleen maar daar en in het Joshua Tree National Park wat iets verderop ligt. We hadden ze nog nooit gezien. Het zijn heel bijzondere bomen met grillige vormen en we hebben weer vele foto’s gemaakt.
De weg ging over van asfalt op een onverhard wasbord. Allemaal ribbels overdwars zodat we het gevoel hadden op houten banden te rijden. Steeds weer stopten we om foto’s te maken. Sieger en Gera zagen zelfs een coyote maar die hebben wij gemist.
Hoger en hoger kwamen we, er kwam geen eind aan leek het wel. De bomen die we op het laatst zagen waren allemaal verbrand. En toen was daar de campground. We hadden onderweg natuurlijk grapjes gemaakt, zo van ‘kom je er aan en is het vol’, nou, er stond NIEMAND! Helemaal alleen stonden we in dat wonderlijke, spookachtige landschap. Prachtig!
Er stond wel een hele harde wind, en alleen dankzij de suggestie van Sieger om de tent in de beschutting van de auto op te zetten, voorkwamen we dat het ding zich ontpopte tot luchtballon.
Wij zouden koken voor allemaal. Omdat het echter al snel donker werd hebben we ons oorspronkelijke plan om verse groenten in de pastasaus te verwerken maar omgegooid en ons beperkt tot het in de pan leegkieperen van twee blikjes chili con carne en een blikje ananas. Nog wel een paar tomaten erdoor gesneden voor het gezonde gevoel. Het hele gebeuren vond plaats in het wc-gebouwtje, dat bood enige beschutting tegen de wind.
Ach, en dan wordt het eentonig. Het begon te regenen en te bliksemen. Held die ik ben schoot ik in de auto om het front te laten passeren. De anderen bleven eerst nog zitten maar doken later ook de auto in.
Na een dik uur tikte Gera op ons raampje, het was weer rustig in de lucht en je kon de sterren zien. We hebben alsnog gegeten, het was erg gezellig en op die gezelligheid kwamen ook nog twee Duitse jongens af die midden in de storm hun tentje hadden opgezet.
Zo konden we de dag internationaal afronden.