Moet je kijken! Dat kan toch niet! Iedereen gebruikt dat om schoon te maken, nou, ik niet meer hoor! Aldus een geagiteerde dame in de supermarkt. Ze wees naar een grote fles bleekmiddel, een liter of drie. Prijs: $8. Tja, dat is wel slikken. Even eerder waren we al in gesprek geraakt toen een man mij vroeg welk wasmiddel hij moest gebruiken om zijn crèmekleurige poloshirt met rode en blauwe rand van vlekken te ontdoen. Ik had natuurlijk geen flauw idee, maar de dame in kwestie had het ook gehoord en voorzag de man van deskundig advies. Het is beslist niet moeilijk om hier met mensen aan de praat te raken.
Vandaag konden we dan voor het eerst ons gasstel testen. Nou, dat deed het uitstekend! Beter dan de andere, duurdere van Coleman die we wel gehad hadden. Dit was het eigen merk van Walmart, Ozark, en beslist een aanrader. Ook het broodrooster paste er goed op, zodat we bij de koffie van lekkere geroosterde Engelse muffins konden genieten. Daarna liepen we een rondje over het terrein, dat groter bleek dan we in eerste instantie dachten. Er waren ook vijf mooie tentplekken. Bij één ervan stond een man met een motor zijn spulletjes in te pakken en op onze vraag of hij hier uitgekampeerd was gaf hij een bevestigend antwoord. Ook met hem raakten we in gesprek. Hij kwam oorspronkelijk uit Argentinië maar woonde al 35 jaar in LA. Voor zijn broodwinning was hij altijd taxichauffeur geweest, de laatste jaren werkte hij voor Uber. Met corona braken voor hem helemaal gouden tijden aan toen hij de omslag maakte naar Uber Eats. En nu was hij al zeven weken onderweg, eerst helemaal naar het noordelijkste stukje van Alaska en toen weer langzamerhand afgezakt. Als zijn geld op was logde hij even in en bezorgde hij wat pakketjes, tot hij genoeg had om weer door te gaan. Omdat hij verder geen verplichtingen had, geen relatie en geen kinderen, kon dat allemaal makkelijk. Het leek ons een tevreden mens. Een tijd geleden las ik dat de mensen die niet het grote geluk najagen maar gewoon tevreden zijn met wat ze hebben en doen in het leven, uiteindelijk het gelukkigst zijn. We wensten hem een goede reis en zwaaiden hem uit. Altijd weer leuk, zulke ontmoetingen.
De rest van de middag hebben we niet veel gedaan behalve wat lezen en wat schrijven. Heerlijk is het hier, alleen al om gewoon op de veranda in een luie stoel te zitten en niets te hoeven. Om half vijf reden we naar het stadje, tien minuten rijden hiervandaan. Daar hadden we met Carmen, Troy en Cindy afgesproken om samen te gaan eten bij The French Spot. De eigenaar van het restaurant, echte Fransman, heeft hier al jarenlang succes met zijn Franse keuken. We konden buiten zitten en dat was voor ons een vereiste vanwege al het covid-gedoe. Troy had de hele avond zijn mondkapje op, behalve bij het eten natuurlijk, hoewel ook hij een paar dagen geleden al negatief getest was. Ja, en dan was er dus Cindy, zijn zus. Ook haar hadden we drie jaar geleden ontmoet en ze was ons toen al opgevallen. Een schat van een mens, en een enorm krachtige persoonlijkheid. Ze had vier niertransplantaties achter de rug die allemaal mislukt waren. Nu zat ze al twintig jaar drie maal per week aan de dialyse. Maar ze draaide haar hand er niet voor om twee uur te rijden om naar ons toe te komen, zo graag wilde ze ons zien. Met zuurstoftank en al zat ze in spanning te wachten en toen ze ons eindelijk zag was ze tot tranen toe geroerd. Dat was dus een heel hartelijk weerzien.
We namen een gratin dauphinois met een groene salade en die was echt zoals het hoorde, verrukkelijk. Ooit bestelden we bij een Italiaans restaurant, ik weet niet meer precies waar, een Salata Caprese maar wat we kregen leek daar in de verste verte niet op. Geheel aangepast aan de Amerikaanse smaak, die bepaald niet de onze was, dus dat ging retour keuken. Daar doen ze hier helemaal niet moeilijk over, klant is altijd koning.
Na al dit lekkers ging Cindy terug naar huis. Ze moest nog een eind rijden tenslotte, en ook nog cookies bakken voor morgen, omdat er een doopfeest was in de kerk. Dat is trouwens wel bijzonder, deze mensen zijn allemaal heel gelovig maar vinden het geen enkel probleem dat wij dat niet zijn. We kunnen er gewoon over praten. Carmen vertelde dat ze ook de koran en de tora gelezen had, om meer inzicht te krijgen hoe anderen hun geloof beleven. Goed, we namen afscheid van Cindy, - we wisten allemaal dat we elkaar niet weer zouden zien - en gingen zelf met Carmen en Troy naar het culturele hart van Cedar City, het Shakespeare-complex. Er is een prachtig theater neergezet, met een dito aangelegde beeldentuin eromheen, en een museum voor moderne kunst. Allemaal gelieerd aan de universiteit van Southern Utah. Elk jaar is er een groots opgezet Shakespeare Festival, en toevallig was dat nu aan de gang. Op een groot grasveld was een groepje studenten aan het dollen, eerst met een Amerikaanse voetbal en later met houten zwaarden. Er kwamen ook steeds meer mensen die op de bankjes en op het gras gingen zitten, sommigen hadden hun eigen stoeltjes meegebracht. Wij zaten op twee bankjes schuin achter elkaar, wat covid-technisch gezien heel prettig was. Op een klein podium werd de avondvoorstelling aangekondigd door een native bewoner, van de Paiute stam. De universiteit onderhoudt nauwe banden met deze oorspronkelijke bewoners, waarmee ze iets goed hopen te maken van het verleden (om het maar even heel simpel te stellen). De naam Utah is afgeleid van Ute, wat volk betekent. Na het praatje werd, geheel volgens traditie, een rituele dans uitgevoerd door een jochie van een jaar of negen. Daarna was het de beurt aan een groep musical-acteurs, die een wervelende show ten beste gaf met zang en dans. Er is een acteursopleiding aan de universiteit, en dit deden ze elke avond tijdens het Shakespeare Festival. Het was een heel vrolijk en ontspannen gebeuren. Na afloop van de show maakten we wat foto’s in de beeldentuin, en net voor het helemaal donker werd reden we terug naar onze cabin. We konden terugkijken op een geweldige avond samen met onze vrienden, zij het op gepaste afstand.
Flexibiliteit is voor ons een sleutelwoord als we aan het reizen zijn. Per dag bekijken waar we naar toe gaan, wat we willen doen. Daarom hebben we ook zo’n hekel aan reserveren, dan zit je eraan vast. Het hotel deed nergens moeilijk over toen we onze laatste nacht annuleerden, en op de Cedar Canyon Campground konden we ook onze reservering een dag naar voren halen. Die stond eigenlijk gepland van zaterdag tot maandag. Vanwege het risico op besmetting met corona hadden we besloten niet bij Carmen en Troy te overnachten maar ze alleen te bezoeken, en wel in hun tuin. Ook Troy was vorige week zaterdag besmet geraakt en hoewel hij nu negatief getest was leek ons het toch geen goed idee langdurig met hen in een ruimte te verblijven. Je moet de kat niet op het spek binden nietwaar.
We ontbeten in de coffee corner van hotel California, dat via een gang met ons hotel verbonden is. Hadden we al eens eerder gedaan. De koffie was goed, de muffin smaakte prima. Prijs was navenant hoog: €13 (ik kan de bedragen net zo goed in euro’s aangeven aangezien de waarde op dit moment gelijk is aan de dollar). Daarna zetten we koers richting Cedar City. Het eerste stuk was qua landschap behoorlijk saai, heet en dor. Vanaf het moment dat we in Arizona kwamen veranderde dat en was het prachtig. De kleuren, de bergen, alles. In St George stopten we om iets te drinken, bij Wendy’s. Aan de balie bestelden we twee kleine bekers aardbeienlimonade. Nou, dat was wat hoor. De jongen die deze moeilijke opdracht tot een eind moest brengen had geen idee wat te doen. Toen hij, na twee keer zijn collega gevraagd te hebben, eindelijk iets wist in te voeren in het systeem drong zich een nieuwe vraag aan hem op. ‘You guys are senior, right?’ Dat konden we moeilijk ontkennen. Hij raakte er wederom van in de war. Uiteindelijk hielp de collega hem, en na een stief kwartiertje konden we dan eindelijk onze bekers met een liter ijskoude limonade in ontvangst nemen.
Met het passeren van de grens met Utah versprong de klok een uur naar voren. Niet dat het ons iets uitmaakte, we hadden de dag aan onszelf. Om half vijf reden we Cedar City binnen en stopten we nog even bij de plaatselijke Walmart. Voor een paar dollar kochten we een tafelkleed zodat we de picknicktafels komende weken van een passende bekleding konden voorzien wat belangrijk was, want ze zijn lang niet altijd schoon. Normaal gesproken hebben we er altijd een bij ons maar nu even niet. Je kunt niet overal aan denken nietwaar. Ook ruilden we ons eenpits gasstel om voor een tweepitter met windscherm, dat was maar een paar dollar duurder maar in de Walmart van gisteren waren die uitverkocht. Tot slot gooiden we nog een paar kleine pie’s en twee zakken met Engelse muffins in de kar, zodat we ook een goed ontbijt hadden. Voor de zekerheid probeerden we nog even met de Wise kaart te betalen maar het werd handje contantje.
Daarna zetten we koers naar het huis van Carmen en Troy. Zoals ik al schreef stonden onze slaapzakken, keurig verpakt in grote kartonnen dozen, onder het afdak van hun voordeur. Tot onze verassing kwam Troy er net aanrijden, we dachten dat hij nog ziek was maar dat was in het geheel niet het geval. Hij vroeg ons even binnen te komen, wat we wel wilden zolang we maar op grote afstand bleven. Zelf droeg hij een mondkapje. Onze verbazing werd nog groter toen Carmen ineens tevoorschijn kwam! We dachten dat ze naar haar vrijwilligerswerk was, maar ze had gewacht in de hoop ons nog even te kunnen zien (ik had onderweg een appje gestuurd, toen we in St George waren). Exact drie jaar geleden hadden we elkaar voor het laatst – en ook voor het eerst – ontmoet, dus dat was een ontzettend leuke verrassing. De verrassing werd nog groter toen Troy ons meetroonde naar de tuin, waar hij voor ons een grote bak met Mexicaanse salade neerzette. Carmen verdween naar haar werk, maar wij aten gedrieën heel gezellig én op afstand een verrukkelijke maaltijd! Het was precies op het goede moment, we waren toch moe van al het gereis en het doen van alle inkopen, bovendien hadden we na het ontbijt niets meer gehad. Kon niet beter dus! Tegen een uur of zeven vertrokken we naar onze slaapplek.
Het kwam neer op een tent van hout, met twee van die opklapbedden die we zelf nog uit moesten vouwen, maar wel met airco en een koelkast annex vriezer. Plus een overdaad aan stopcontacten. We pakten onze nieuwe slaapzakken uit en richtten de boel een beetje in. Op een grote veranda achter de cabin stond een picknicktafel die we mochten gebruiken en de eigenaar van de camping bood aan ons een bak met een vuurtje te brengen zodat we marshmallows konden roosteren. Service van de zaak. Maar de Mexicaanse salade, die behoorlijk gevuld was geweest met kip, guacamole, rijst, taco’s en een dressing die ik niet thuis kon brengen maar ontzettend lekker was, had onze magen meer dan goed gevuld zodat ik het aanbod vriendelijk afsloeg.
Het wordt eentonig. Om negen uur hadden we de pijp helemaal uit en binnen een paar minuten waren we diep in slaap. Wat dat aangaat was er van enige flexibiliteit geen sprake.