What's in a name? Vanmorgen heel vroeg, toen we na een korte nacht enigszins ontregeld naar de ontbijtzaal liepen, kwam de steward die ons gisteren zo goed geholpen had ons tegemoet en wenste ons goedemorgen. Toen pas zag ik zijn naamkaartje: Stewart! Hadden die ouders even een vooruitziende blik.
Het ontbijtbuffet, deze keer inbegrepen in de toch al lage kamerprijs, was zoals altijd fantastisch. En omdat ons hele systeem in de war was laadden we onze borden zó vol dat het meer leek op een avondmaaltijd. Scrambled eggs, bacon, rösti met corned beef, pancakes, meloen, watermeloen, ananas en iets zoetigs dat cobler heet. Ja, we hadden honger! De koffie werd continu aangevuld zodra we er ook maar een slok van genomen hadden zodat we niets tekort kwamen. Tegenover ons zat een stel dat kennelijk ook honger had, zij namen van alle gerechten die voorhanden waren, ongeveer tweehonderd, een flinke portie. Vervolgens aten ze er een of twee happen van en dan werd het opzij geschoven. Dit resulteerde in een respectabele berg borden van zeker een halve meter hoog, allemaal goeddeels gevuld. Naast deze stapel gooiden ze allemaal plastic cupjes met sausjes en jam, niet eens opengemaakt. Toen ze opstapten en de dienstdoende ober naar hun tafeltje kwam reageerde die hoofdschudden naar een collega. Omdat hij ons ook zag kijken met een blik van verbazing kwam hij maar even bij ons aan tafel staan. Hij was - terecht - vol onbegrip over zoveel verspilling. Op mijn vraag of ze dan tenminste de plastic cups konden terugzetten antwoordde hij dat ook dat niet was toegestaan. Alles ging de vuilnisbak in. Hij had bijna de tranen in zijn ogen....
Gelukkig aten wij wél netjes ons bordje leeg en na dat copieuze maal rolden wij zo ongeveer weer naar de kamer. Daar ging het bordje 'niet storen' op de deur en sliepen we weer in.
's Middags, weer redelijk op de klaver, reden we naar de Walmart om de spullen op te halen die daar voor ons klaar lagen: tent, kooktoestel, slaapzakken. Dat gooiden we in de auto en toen wilden we teruglopen om de rest van de kampeeruitrusting te verzamelen. Alleen, de kofferbak wilde niet op slot. En we hadden al die dingen erin liggen. Opnieuw geprobeerd, en nóg een keer, zonder resultaat. De gebruiksaanwijzing erbij gepakt, die gaf geen uitsluitsel. Wat nu? Bert wilde naar het vliegveld, naar het verhuurbedrijf. Ik zocht nog even op internet maar kwam ook niet verder. Toen kwam er een andere Chevrolet aanrijden en ik sprak de mevrouw aan die daar uit kwam. Misschien wist zij raad? Eerst wilde ze niet eens reageren, ze keek wat schichtig naar ons en liep weg. Gelukkig kon ik haar al achternalopend uitleggen wat onze vraag was, en toen werd ze opeens heel behulpzaam. Is het die auto? Ja, die zilveren. Met een elektronische sleutel? Ja, klopt. O, maar alles gaat vanzelf op slot als je wegloopt....Oeps....wisten wij veel! Maar het klopte, Bert liep een eindje weg met de sleutel terwijl ik controleerde en inderdaad, alles zat op slot! Als je eraan komt gaat het vanzelf weer open. De techniek staat voor niets.
Bij de Walmart kochten we een deel van wat we nog nodig hadden. Bert paste een korte broek omdat zijn oude zo versleten was dat we die thuis al weg hadden gegooid. De paskamers werden beheerd door een vrolijke dame, en voor we het wisten stond ze met Bert samen een dansje te maken - hij in zijn nieuwe want goed passende korte broek :)
Verder deden we deze dag weinig. We aten 's avonds van het buffet in het hotel, noedels en veel verse groenten, liepen nog even naar de Fremont Street Experience maar waren gewoon te moe om daar lang te blijven. Vroeg de koffer in!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Leuk als jullie een reactie achterlaten!