Dag 3 – dinsdag 9 juli: San Francisco.
Eerste handeling vanmorgen: de auto verplaatsen. Hij mocht
maar tot acht uur staan dus we moesten opnieuw een plek zoeken. Dat lukte
echter nu vlot. Ik keek eens goed naar ons vehikel, er was toch iets geks mee….de
Equinox die we vorig jaar mee hadden gekregen leek echt groter. Dus maar eens
eromheen gelopen. Blijkt het een Chevy Captiva te zijn, een midsize SUV! Nou
ja, eerst maar eens kijken of alle kampeerspullen er goed inpassen. Anders
moeten we weer naar het vliegveld om hem om te ruilen, en dan ben je zo weer
een halve dag kwijt. En het is tenslotte verder een prettige auto met
waarschijnlijk een niet al te hoog
benzineverbruik.
We gingen dus gewoon op pad voor een heerlijk ontbijt bij La
Boulange in Hayes Street. Je zit daar zo gezellig en ze hebben uitstekende
zelfgemaakte producten. Deze keer probeerde ik de broodpudding. Vroeger maakte
ik die nog wel eens zelf, dat had ik van huis uit meegekregen. Mijn moeder was
– noodgewongen - een ster in het verwerken van restjes, en broodpudding is daar een goed voorbeeld van.
Bert hield het bij pain au chocolat. Allebei namen we er café au lait bij,
enorme bakken gloeiendhete slobber.
Eigenlijk hebben we die dag niet zoveel bijzonders gedaan.
We moesten nog steeds bijkomen van al het gereis en wilden gewoon zoveel
mogelijk ontspannen. Na het ontbijt zijn we naar de haven gelopen. Onderweg hadden
we nog een leuke ontmoeting met een man die een mooie pose aannam zodat Bert
een foto kon maken. Hij knoopte een praatje met ons aan. En natuurlijk vroeg
hij daarna om geld voor een sandwich. Vooruit, hij bracht het zo grappig, ik
ging overstag en trok mijn portemonnee. Vijf dollar leek hem een goed bedrag.
Even overwoog ik hem voor te stellen dan samen maar een sandwich te gaan kopen,
maar ik veronderstelde dat die wel een andere verschijningsvorm zou kunnen
hebben dan wat ik in gedachten had. Dus zocht ik naar twee dollarbiljetten, dat
leek me mooi. Helaas, ik had alleen een briefje van vijf. “You have it, you
have it!” riep onze man opgetogen uit. “Ok,” zei ik, ‘you win!” en ik gaf hem de
vijf dollar. Want ik vond het ook wel heel komisch allemaal.
Daarna dronken we in de haven bij de Mexicaan ons favoriete
drankje, allebei een ander: Bert een Negra Modelo, ik een Agua fresca (water
met aarbeien en citroen). Mjammie!
Terug namen we de bus. Wat ons op de heenweg was opgevallen
werd bestendigd in de bus: toen we er
voor het eerst waren in 2010 hadden we al veel armoede gezien, maar nu is de
halve Market ( = de belangrijkste winkelstraat in het centrum) zo’n beetje het
toneel van dak- en thuislozen, al dan niet in electrische rolstoelen. Echt naar
om te zien. En als je dan in die straat op een groot billboard een oproep ziet
om vooral dieren in nood te helpen vraag je je wel af wat er mis is in deze
samenleving. (Even voor de duidelijkheid: ik vind natuurlijk óók dat je dieren
in nood moet helpen.)
’s Avonds zetten we, na een paar uur gerust te hebben, koers
naar een restaurantje in Hayes Street dat we nog niet eerder gezien hadden en
dus kennelijk nieuw was: Chez Maman. Met – hoe verrassend – een enigszins Frans
georiënteerde keuken. We waren niet de enigen die dat bedacht hadden: het zat
tjokvol. Net zoals alle andere restaurantjes trouwens, het is een gewilde buurt
met veel goed verdienende mensen. Maar niet getreurd: we mochten op de
wachtlijst. Buiten hing een whiteboard en onze naam – Burke (hun interpretatie
van Bert) – werd opgeschreven. Er was slechts één koppel voor ons. Na enige
tijd kwam er een gezelschap van zes personen aangelopen. Ook zij werden op de
lijst gezet, na ons uiteraard. Zij wilden niet de hele tijd blijven wachten,
dus afgesproken werd dat ze gebeld zouden worden als er iets vrij kwam. Met het
risico dat ze al ergens anders iets gevonden hadden. Het stel vóór ons kwam na
een minuut of tien aan de buurt. En hoe fijn, nog méér mensen stapten op dus
wij zouden ook weldra aan de beurt zijn. Nou, mooi van niet. Er werd gedekt
voor de groep van zes. Ik vroeg wat die wachtlijst dan voor zin had: ach, dat
moest ik anders zien, een groep van zes ging natuurlijk vóór twee personen. Ik
vond het heel vreemd en probeerde ze nog op andere gedachten te brengen. Maar
het hielp niets. En het zag er ook niet naar uit dat er snel iemand anders op
zou stappen. Jammer dan. We waren moe en om nou nog een half uur te
wachten….dus maar weer naar Hayes en Kebab, waar het weer ontzettend gezellig
was. We vermaakten ons daar dan ook
prima en aten minstens zo lekker als we bij de Fransoos gedaan zouden hebben.
En zo eindigde de dag toch goed.
En zo eindigde de dag toch goed.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten