Het voordeel van een beetje afzien bij het kamperen is dat
je twee keer zo lekker slaapt als je weer eens in een echt bed ligt. En dan ook
nog eens een douche op twee passen afstand, wat een luxe! Ik haalde koffie bij
de receptie en we namen alle tijd. Na het douchen ontbeten we in het Modern
General, ook daar hebben we dit jaar geen foto van gemaakt. Hier dus de link: https://moderngeneralfeedandseed.com
Vandaag hadden we drie doelen: het Georgia O’Keeffe Museum,
het New Mexican Art Museum en de
Encaustic Art Gallery waar werk van onze nieuwe vriend Nard moest hangen (zijn
website: www.nardclaar.com) Een dagje
kunst dus. Het museum van Georgia O’Keeffe lag op een kwartiertje lopen van ons
motel. Het was er druk, wat niet zo gek was want zij was de beroemdste vrouwelijke
artiest van Santa Fe. Eerst bekeken we maar eens de film die over haar leven
gemaakt was. In deze documentaire van een kwartier kregen we een aardige indruk
van deze ons tot dan toe redelijk onbekende vrouw, die met onverdroten energie en
bevlogenheid vanaf haar vroege jeugd de schilderskwast hanteerde, wat in
die tijd erg ongebruikelijk was.. Haar
werk laat zich niet zo makkelijk omschrijven. Zij schilderde in verschillende
stijlen, soms heel gedetailleerd en soms min of meer kubistisch-realistisch. Ik
denk dat je het het beste kunt karakteriseren als modernisme. Lang niet iedereen vond haar werk mooi,
vooral de mannelijke collega’s hadden moeite met haar kleurgebruik. Haar meest
bekende werken bestaan uit gigantische uitvergrotingen van bloemen in meest
pasteltinten. Persoonlijk spreekt me dat niet aan, maar wie ben ik: het duurst
verkochte schilderij ooit door een vrouw geschilderd was van haar hand, het bracht $44,4 miljoen op... Wat ik wél
mooi vond was haar interpretatie van de woestijn in New Mexico, totaal anders
dan haar uitgesproken organische
schilderijen. Smaken verschillen nu eenmaal, en dat is maar goed ook.
Precies zo'n bank had O'Keeffe ingebouwd in haar huis. In het midden een vitrine met daarin het skelet van een ratelslang |
Na anderhalf uur waren we wel uitgekeken. Het is een klein
museum, wat ik altijd fijn vind omdat ik dan echt de concentratie kan
opbrengen. Hoewel, ik herinner me een keer in het Metropolitan Museum in New
York, daar hadden we wel drie dagen door kunnen brengen. Maar goed. We liepen
naar buiten, terug naar het centrum om
daar wat te drinken. Aan het Plaza is het heel gezellig zitten, het doet echt
zó erg aan Mexico denken! We verbaasden ons er zelfs af en toe over dat er
zoveel Engels gesproken werd…
Het New Mexican Art Museum was een enorme verrassing. Zoals de meeste gebouwen hier in adobe-stijl gebouwd, dat alleen is al een feest voor het oog. We
konden toevallig aansluiten bij een rondleiding - ‘als je het niet interessant vindt kun je
gewoon je eigen gang gaan hoor’, zo verzekerde ons het meisje aan de kassa – en
dat was een goede zet. Zo hoorden we dat er in vijf verschillende ruimtes elke
zes weken andere jonge, veelbelovende kunstenaars mochten exposeren, dus dertig
per jaar. Daar hing echt prachtig werk bij. Zoals veel meer werk in dit museum
ons aansprak, niet in de laatste plaats de beelden die in de aanpalende beeldentuin te zien waren. En dan was er ook nog een schitterend aangelegde en onderhouden
binnentuin, met op de muren moderne fresco’s aangebracht. Een feestje, vonden we!
Aldus geestelijk gevoed togen we op weg naar de laatste
culturele uitspatting: de Encaustic Art Gallery. Het was nog niet heel
eenvoudig die te vinden, en zelfs de navigatie stuurde ons iedere keer een
andere kant op. We kwamen terecht in een ander Santa Fe, in een buurt waar je ’s
avonds liever niet alleen over straat zou gaan. Maar uiteindelijk vonden we dan toch de galerie,
die zichzelf liever als museum aankondigde en daaraan het recht ontleende een
toegangsprijs van $10 p.p. te vragen. Nu hadden we al een en ander uitgegeven
aan cultuur vandaag, en een blik naar binnen overtuigde ons niet bepaald om
daar nog eens een schepje bovenop te doen. Bert ging toch maar even vragen of er
inderdaad werk van Nard te zien was, en toen mochten we er zonder te betalen in
om het te bekijken. Dat was dan wel weer aardig. We vonden het jammer dat er
maar één schilderij hing, we hadden graag meer gezien.
Het was vijf uur toen we terug kwamen in het hotel. Tijd om
na te praten, het was een ontzettend leuke dag geweest! ’s Avonds aten we
wederom in de Vinaigrette, waar we nu, wijs geworden door gisteren, allebei als
toetje de lemon-cheesecake namen. Je eet in feite een pakje boter, maar o wat was het
lekker! En nu nadert het einde van de reis. Morgen maken we een lange autorit,
over de Interstate 40, naar het Homolovi Ruins State Park, waar we gaan
kamperen. Van daaruit bezoeken we dan de Painted Desert en het Petrified
Forest. Daarmee zijn we dan ook goed op weg naar Las Vegas, van waaruit we
volgende week maandag weer terugvliegen. Maar daar denken we liever nog even
niet aan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Leuk als jullie een reactie achterlaten!