Kennen jullie John? John van de City Market in Moab? Als dat niet zo is en je bent in de buurt, breng hem dan een bezoekje. Dat deden wij ook, aan het eind van deze dag. Maar we begonnen anders.
Na een snel ontbijt reden we naar een van de drie meest bezochte parken van Moab: Canyonlands. De andere twee zijn Arches en The Needles, hoewel die laatste wat verder weg ligt en minder bezoekers trekt. Het wordt een herhaling van zetten, ook hier waren we al enkele malen eerder. Toch maakt dat helemaal niet uit voor de impact die het heeft, elke keer opnieuw slaat de betovering toe.
Zoals alijd is het lastig van een klein scherm, meestal ook nog in slecht licht, goede foto's uit te zoeken. Maar het is een impressie. |
Goed, wij reden ons rondje en gaven alles iets meer tijd. Een vriendelijke meneer vroeg of we hem op de foto wilden zetten. Wij zijn de beroerdste niet dus prima. Als wederdienst wilde hij dat ook van ons doen, waarop Bert iets te enthousiast ‘nee!’ riep. Dat vond ik toch wat onvriendelijk overkomen dus ik overrulede hem met ‘ja graag!’. Zo gezegd zo gedaan en het resultaat was best aardig. Toch?
Mini en Maxi in Amerika! |
Tegen een uur of half vier reden we Moab weer binnen. Eerst stopten we bij een Bakery, naïef als ik was dacht ik daar lekker brood te kunnen kopen. Mis. Je kon er wel lekkere sandwiches krijgen en daar hebben we er een van meegenomen. Het ontbijt was al best lang geleden tenslotte. We namen het mee naar de cabin om het daar op te eten, aangevuld met een beker Clamato. Zo lekker is dat! Bert dook z’n boek in en ik schreef wat aan het blog. Later op de avond reden we naar de supermarkt, de City-Market. We zagen daar hoe iemand vanuit de achterbak van zijn auto een soort liftje naar beneden liet met daarop een scootmobiel. Dat verbaasde ons niet, de man was werkelijk zo zwaar dat hij nauwelijks een stap kon zetten. Heel triest. Des te groter was onze verbazing toen er nog een vrouw uitstapte waarbij de man zich even onze kant omdraaide. Wat bleek: hij was de verpleger van de vrouw….Bizar.
Bij de vleeswarenafdeling werkte John, uit het begin van dit blog . Een alleraardigste man die niets liever deed dan de klanten tevreden stellen. Zo ook de dame die net voor ons aan de beurt was. Zij wilde graag een onsje ham. Er lagen ongeveer twintig verschillende soorten in de vitrine maar zij wist precies welke voor haar gesneden moest worden. Die lag voor haar neus, nieuw in de verpakking. John wilde – logisch – niet zomaar een nieuwe aansnijden. Wie weet had hij nog wel iets liggen. Hij dook dus onder de toonbank de vitrine in. Talloze zakjes vleeswaren kwamen naar boven. Uiteindelijk had hij het gevonden. ‘Kijk mevrouw, hier kan ik nog wel iets vanaf halen voor u’ riep hij enthousiast. Om zichzelf even later te corrigeren: ‘O nee, dat is kalkoen….’ Waarna de zoektocht opnieuw begon. Inmiddels waren we een kwartier verder. De mevrouw in kwestie keek af en toe verontschuldigend achterom, alsof zij er iets aan doen kon. Bert was intussen maar op zoek gegaan naar Gatorade lemon, dat gaat er met liters doorheen bij ons. Toen hij terugkwam had John nog niets gevonden. Het eind van het liedje was, natuurlijk, dat de nieuwe ham toch aangesneden moest. Hèhè. Eindelijk. De mevrouw kreeg haar ham en wij waren aan de beurt dachten we, we wilden pastrami voor op brood. Nou, mooi niet. ‘Mag ik ook nog een half pond kaas?’ Waarop de geschiedenis zich herhaalde. Gelukkig waren we daarna wél aan de beurt en John liet ons grootmoedig een plak pastrami van ongeveer twee ons proeven. Ja, lekker, doe die maar!
Met het knapperige witbrood erbij dat deze supermarkt zowaar verkoopt (helaas alleen ‘s middags, rare jongens die Amerikanen) hadden we zo toch een heerlijk avondmaal. Morgen maar eens een onsje ham proberen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Leuk als jullie een reactie achterlaten!