zondag 18 september 2022

Dag 24 – vrijdag 16 september: Telluride – Durango


Regen. Daar was ie dan. En net toen we hoog in de bergen stonden, zonder enige faciliteit. ’s Nachts hadden we het allebei niet koud gehad, dat kon ook haast niet door onze goede voorbereidingen. Maar nu, om half acht ’s morgens, regende het niet alleen buiten maar ook in de binnentent. Dat kwam weliswaar niet door de regen zelf maar door condens, maar evengoed lag er water op het zeil in de voortent. Bert sliep nog, en ik kreeg het nu wél koud. Er was maar één optie: in de auto gaan zitten. Helaas was de temperatuur daar ook tot rond het vriespunt gedaald en om nu de motor zomaar stationair te laten draaien, dat leek me geen goed idee. Hij stond ook redelijk dicht bij de tent, en de uitlaatgassen zouden daar ongetwijfeld binnendringen. Dus besloot ik maar een stukje te gaan rijden. Terwijl ik mijn riem vastdeed – dat was hier absolute noodzaak, anders werd je zeker weten gelanceerd – begon het te hagelen. En niet zo’n klein beetje ook. Ik wachtte maar even tot het weer wat rustiger werd en reed daarna een ‘warmhoudrondje’, in tegenstelling tot het ‘afkoelrondje’ dat we afgelopen weken nodig hadden gehad. . Dat werkte goed. Een minuut of twintig later maakte ik Bert wakker, en ook die dook meteen de inmiddels warme auto in. Wat nu? We besloten naar het dorp te rijden, zo’n 12 mijl verderop, daar te ontbijten en dan maar hopen dat de buien hun heil elders hadden gezocht als we terugkwamen.

Jammer voor ons, heel veel mensen hadden hetzelfde idee gehad. Het was dus ondanks het vroege uur al ontzettend druk. De auto konden we desondanks snel kwijt, en bij een bordje ‘coffee and bakery’ gingen we naar binnen. Tenminste, dat probeerden we. Het was er werkelijk afgeladen! Volgende mogelijkheid dan maar. Zelfde verhaal, zo mogelijk nog erger. We gingen toch even in de rij staan, maar toen er na tien minuten nog geen enkele beweging te zien was lieten we ook dat voor wat het was. Uiteindelijk was het raak bij een Mexicaan. Daar waren wel wat mensen maar er was geen rij. We bestelden scrambled eggs met toast en koffie. Toen de eieren kwamen bleek dat ze het verkeerd verstaan hadden, ze hadden maar één portie gebracht. Kwam dat even goed uit! Het was meer dan genoeg voor ons samen.

Na dit vreugdevolle gebeuren liepen we nog even door het plaatsje. We zagen een groot bord met het programma voor de komende dagen. Toen kregen we het pas door: het festival was donderdag al begonnen! Daarom konden we geen plek vinden op de reguliere campground gisteren. Tja. 

Blij dat we in elk geval iets warms in onze maag hadden reden we terug naar de tent. Wat denk je? Alles droog! Maar meteen doemde de volgende vraag bij ons op: wat doen we vandaag verder? Het weer bleef onzeker, en ons terrein was veranderd in één grote modderpoel. Zelf koken werd lastig omdat we nergens iets neer konden zetten, en op de grond was nu echt niet te doen. Bovendien hadden we niet echt zin in een koude avond met regen. Kortom, we besloten het achter ons te laten en door te rijden naar Durango. Dat stond al op ons programma, alleen een dag later. Doel was de United Campgrounds of Durango. In 2012 waren we daar ook al eens geweest, je staat er mooi op gras. Bijzonder is dat de antieke stoomtrein van Silverton naar Durango dwars over het terrein loopt. Lijkt misschien gevaarlijk maar het wordt zó luid en duidelijk aangekondigd dat het niet te missen is. De wagons die achter de locomotief hangen zijn gevuld met vrolijke mensen die half uit de raampjes hangen en hun ogen uitkijken als ze de tentjes zien.

De route liep via Dolores, met vooral heel veel groen. Niet spectaculair maar wel mooi. Rond half vier waren we in Durango waar we een plek toegewezen kregen die ons prima beviel. Nadat we ons geïnstalleerd hadden kwam er nog iemand het terrein oprijden. Die zette een tent neer waar een heel regiment in zou kunnen overnachten, zo groot. Later vertelde Michael, zo heette de eigenaar, dat het 25 jaar geleden was dat hij voor het laatst gekampeerd had en dat de tent ook zo oud was. Enkeldaks, dat staat garant voor schimmenspel. Dat zagen we later op de avond, toen zijn hondje ook de tent in mocht: het leek opeens wel de Hound of the Baskerville! Monsterlijk groot, terwijl het een klein formaat jachthond was. Heel grappig.

Bert kookte weer uitgebreid terwijl ik mijn verhaaltjes aan het typen was, een uitstekende taakverdeling. We wisten nog niet wat we de volgende dag wilden gaan doen dus besloten we dat na het ontbijt te beslissen. In elk geval had de regen zich gedeisd gehouden zodat we in een droge tent kropen toen het klokje van gehoorzaamheid had geklonken.







2 opmerkingen:

  1. Kamperen en regen is geen fijne combinatie, en al helemaal niet als het ook nog koud is. Verstandig om dan maar weg te gaan. Hebben jullie nu het museum in Rico gemist?

    BeantwoordenVerwijderen

Leuk als jullie een reactie achterlaten!