woensdag 14 september 2022

Dag 20 – maandag 12 september: Green River – Crested Butte ( Lake Irwin)

Soms denk je, als je iets eet, in eerste instantie ‘mmm, best lekker’. Om er vervolgens urenlang een vieze nasmaak van te houden. Dat hadden wij vanmorgen. Na de ochtendkoffie pakten we snel onze spullen in en zetten koers naar Grand Junction. Naar de Walmart van Grand Junction welteverstaan. Naast wat andere noodzakelijk spullen zoals verse groenten en fruit kochten we ook een paar broodjes en een paar croissants, als ontbijt en vast voor de lunch. Alles natuurlijk vers gebakken, en zeker twee maanden houdbaar. Goed, die croissantjes leken dus best ok, maar na een paar uur waren we de weeïge smaak nóg niet kwijt. We trokken de koelbox open en visten er twee blikjes cola uit, dat hielp.

Dit verkopen ze dan weer niet bij Albert Heijn


Voordat we wegreden vanmorgen maakten we nog even kennis met de hartelijkheid van de Amerikanen, van de meeste dan. We kochten om de hoek bij de campground een zak ijs, en in de bijbehorende winkel vroeg ik naar grote plastic zakken. De weersverwachting voor de komende dagen geeft redelijk wat regen aan, en dat geeft de kans op een natte tent. Die  moeten we in dat geval wel ergens in kunnen doen. Ik werd keurig verwezen naar een grote stelling met een keur aan zakken. Van kleiner naar groot genoeg om er een koelkast in te verpakken. De prijzen waren echter navenant: voor een beetje formaat betaalde je al gauw $12, zes stuks. Tja, en we hadden er maar één nodig. Zonder zakken kwam ik terug bij de kassa. Ach, hadden we er maar één nodig? De eigenaar riep z’n vrouw erbij, zij deed een graai onder de toonbank en overhandigde mij precies het gewenste formaat plastic zak. Ik hoefde alleen het ijs af te rekenen. Twee dollar. Omdat het papiergeld hier allemaal dezelfde kleur heeft is een vergissing gauw gemaakt, en een beetje weifelend keek de man naar de briefjes die ik hem gaf. Een biljet van $1, en een van $20. ‘Dat komt omdat ik zo beduusd was van jullie vrijgevigheid’, zei ik. We moesten er allemaal om lachen en ik wisselde de $20 gauw om voor een briefje van $1. Kan Biden daar niet eens wat aan doen? Aan dat groene geld? Ach, die man heeft wel grotere kopzorgen.

We reden nog heel even het centrum van Grand Junction in, waar ik graag even in wat schoenenwinkels rondneus. En ja hoor, met een paar nieuwe teenslippers – had ik écht nodig, ik had nog maar vier paar – vertrokken we even later voor een lange rit door de bergen. De eerste etappe ging door het Grand Mesa National Forest. In het begin was dat niet zo interessant maar het werd allengs mooier. Een hoogvlakte met veel meren waarin veel gevist werd. In de winter is het een druk bezocht langlaufparadijs en de omgeving profiteerde duidelijk van de inkomsten die dat opleverde, het zag er allemaal welvarend uit.

Het tweede deel van de tocht voerde via de 65 en een binnendoorweggetje naar de 130. Daar namen we de afslag over de Keblerpas naar Lake Irwin, waar we een plek gereserveerd hadden. Drie jaar geleden reden we die ook al, en het was beslist geen straf dat nog eens te doen. Er was wel een groot verschil met toen: alle vegetatie had hier verschrikkelijk veel te lijden gehad van de droogte. Waar we de vorige keer overal frisse groene kleuren zagen, was het nu gewoonweg kleurloos. Triest om te zien. Maar de bergen waren nog steeds hun onaantastbare zelf en even indrukwekkend.






Om bij de campground te komen moesten we eerst een nogal hobbelige dirt road over, tot we bij het meer kwamen. De weg door de campground zelf, waar we natuurlijk overheen moesten om onze plek te vinden, was zo mogelijk nog hobbeliger. De plek zelf had schitterend uitzicht, niet over het meer maar over de bergen aan de andere kant. Adembenemend mooi. Ook letterlijk. Mijn digitale hoogtemeter gaf 3170 meter aan, en dat vonden onze longen duidelijk iets minder. Al bij het opzetten van de tent merkten we dat. We hadden met enige moeite een enigszins vlakke plek gevonden, heel belangrijk omdat we anders de tent uitrollen. Hij stond zoals altijd heel snel, maar toen moesten de pennen nog de grond in. De rotspennen moesten dat klusje klaren. Nou, vergeet het maar. Het konden dan wel rotspennen zijn, maar met geen mogelijkheid kregen we ze dit keiharde gesteente ingedreven. Uiteindelijk lukte het een beetje, en in de hoop dat het niet te hard zou gaan waaien lieten we het daar maar bij. Bert was compleet uitgeteld na dit harde werk. Toen we even later naar het meer liepen, daarvoor moesten we een flink stuk omlaag en dus ook op de terugweg weer omhoog, begon het tot ons door te dringen. We waren allebei ‘achter de poeste’, Gronings voor buiten adem. De hoogte! Natuurlijk!





Lake Irwin




Inmiddels was het half zeven, en we besloten het wat uitgebreidere koken maar voor morgen te bewaren. Niet alleen werd het snel donker, maar ook, een geheel nieuwe ervaring voor ons, het was koud! De thermokleding ging aan, mutsen op en ik maakte ons eerst vuurtje. We gooiden gewoon een blik chili in de pan. Met ananas en tomaat. Dat wel. Met heel veel moeite konden we het volhouden tot half negen, maar toen het hout opgebrand was waren wij dat ook.










maandag 12 september 2022

Dag 19 – zondag 11 september: Green River

Zondagsrust. Frans Coenen schreef er een boek over in 1902, waarin hij de  wanhopige pogingen beschrijft van het verslaan van de verveling op de zondagen in een arbeidersgezin. Dat ging gepaard met de nodige drank en ruzies. Ik heb het als tiener – pubers bestonden nog niet – meerdere keren gelezen, ik las alles wat los en vast zat. Nu kijken we met andere ogen: vandaag, zondag, genieten wij juist van de rust om ons heen. We doen een dagje helemaal niets. Nou ja, behalve lezen en schrijven dan.

Gisteren hadden we al besloten, als het op onze volgende stek niet al te regenachtig zou worden, hier nog een extra dagje te blijven. We vinden het zo’n fijne plek. Vanmorgen hakten we definitief de knoop door en boekten een nachtje bij. Morgen vertrekken we dan naar Crested Butte, waar we in elk geval één nacht gereserveerd hebben op de campground bij Lake Irwin. Een nieuwe locatie voor ons. We hadden er oorspronkelijk twee nachten staan, maar de laatste had ik al geannuleerd. Op tijd deze keer, zodat we het volledige bedrag terugkregen. Nu gaan we van dag tot dag bekijken hoe de situatie is. Er komt namelijk, je kunt het haast niet geloven, een beetje regen deze kant op. Niet zo erg als toen we in Noorwegen waren in juni, toen was het dagen achter elkaar raak, maar toch wel iets. Omdat de voorspellingen van dag tot dag nogal kunnen verschillen is het niet handig van alles vast te leggen. Sterker nog, vanaf dinsdag 13 september hebben we geen enkele reservering staan tot de 21e. Dat voelt heel goed, kunnen we echt ter plekke beslissen. Héél even hebben we zelfs nog Yellowstone overwogen, maar dat doen we toch maar niet. Wel erg ver, dat zou toch tweeduizend kilometer extra geweest zijn. En dat in een week.

Het is hier intussen heel stil geworden. De meesten zijn vertrokken, ook de laatste leden van de familiereünie (die met de bioscoop). Allemachtig, wat hadden die veel bij zich! Ze waren gisteravond nog tot half elf aan het inpakken, en hoewel ze vanmorgen vroeg begonnen waren ze toch pas om een uur of tien klaar. Kanjers van opbergkisten, koelboxen zo groot als een doorsnee Nederlandse koelkast en allerlei vuilniszakken met restverschijnselen werden in de bak van de pick-up gegooid. Maar ze hadden het wel reuzegezellig met elkaar.  Dat kamperen met de hele familie doen ze hier trouwens veel vaker, dat is natuurlijk ook een prima en betaalbare manier om een paar dagen met elkaar door te brengen. Bovendien heb je hier toch eigenlijk altijd wel de garantie op goed weer, hoewel dat met de huidige klimaatveranderingen wel eens anders uit kan pakken. Naar ik begrepen heb waren wij in elk geval getuige van een extreem lange hittegolf.

Aan het eind van de middag stroomde het weer vol. Veel RV’s, maar ook wat tentjes. Altijd kleine, aan grote doen ze hier niet, en bevolkt door mensen uit alle leeftijdsgroepen. Wel gezellig allemaal. Morgen gaan we als het goed is een mooie maar lange tocht maken, eerst naar Grand Junction, dan via Mesa door een berggebied naar Paonia, en vandaaruit over de Kebler pass naar Irwin Lake bij Crested Butte. Deels een ,onbekende route voor ons, en een nieuwe campground. We gaan het zien!

 

N.B.

·         We zullen af en toe, zo ook morgen, wel weer even helemaal buiten  bereik zijn. Dan kan ik ook niets posten. Maar geen zorgen, het wordt altijd ingehaald!

·         Geen foto’s deze keer. Rustdag, nietwaar? 

zondag 11 september 2022

Dag 18 – zaterdag 10 september: Green River (Arches)

Als er al iemand beter van wordt, van het reserveringssysteem Nationale Parken, is het de organisatie. Voor een tijdslot om Arches te bezoeken betaal je $2, dat is niet veel, maar als je ziet hoeveel mensen elke dag toegelaten worden moet het wel een goudmijn zijn. Je mag zo’n tijdslot best annuleren, maar dan ben je je geld kwijt. De toegang tot het park is ook nog eens $30, behalve als je al in het bezit bent van een - uiteraard ook betaalde - Nationale Parkpas. Dat zijn wij natuurlijk en dat hebben we er al dik uit. De reden van deze pilot, want dat is het, is dat ze het bezoek meer willen spreiden en lange rijen bij de ingang voorkomen.

Goed, wij mochten naar binnen tussen 11 en 12. Om vijf over elf reden we dus de ingang in, om meteen daarna een bord te zien: ‘vanaf hier nog een uur wachttijd’. Tja. Daar ga je dan met je goeie gedrag. Pilot mislukt zou ik zeggen. We stonden eerder wel eens even in de rij, maar meer dan een kwartiertje toch nooit. Achteraf bleken het 50 minuten te zijn, en nét voordat ons tijdslot eindigde konden we erdoor. Achter ons stond alweer een rij tot aan de afslag van de hoofdweg. Overigens is er afgelopen jaren veel geïnvesteerd in de aanleg van een prachtig fietspad, waar ook veel gebruik van werd gemaakt.

Arches is een van die parken die ons altijd opnieuw weet te betoveren. Het stelt nooit teleur. Ook deze keer niet. We begonnen met het lopen van de Park Avenue trail, en dan niet vanuit het officiële startpunt maar vanuit de parkeerplaats bij de Court House Tower. Dan hoef je niet eerst iets van 100 treden af te dalen die je later weer omhoog moet, maar loop je gewoon terug als je bij dat punt aangeland bent. Een supertip Marianne, dankjewel! Het is een hele fijne trail. Je loopt over grote platte stukken rots, met hier en daar een op- of afstapje. Ook niet al te lang, mijn All Trails app (aanrader!) gaf 2,4 km aan met 44 m hoogteverschil. Zo zijn we eigenlijk de hele dag doorgegaan. Stukje rijden, stukje lopen, stukje klimmen, stukje rijden. We waren bij de Double Arch, in de Garden of Eden, bij de Sand Dune Arch, Fiery Furnace (ooit liepen we daar een Guided Tour, fantastisch!) Op het allerlaatst liepen we via Devils Garden Trail nog naar de Landscape Arch, maar vlak voor we daar waren zijn we toch maar teruggegaan. Opeens waren we er klaar mee, en we hadden al eens hele mooie foto’s van die boog gemaakt. Wat ontzettend meehielp aan deze actieve dag was de temperatuur. Voor het eerst in al die tijd dat we hier zijn dook die onder de 90F en dat maakte het heel veel aangenamer om al die routes te lopen. De vorige keer dat we de Devils Garden wilden doen werden we omvergeblazen door heftige zandstormen waardoor we moesten afhaken.

Bij de Sand Dune Arch waren we getuige van een huwelijksplechtigheid. Alleen met speciale permissie mag je daar zoiets organiseren, en er was een jonge ranger bij om ervoor te zorgen dat alles in goede banen geleid werd. Het was een feest voor het oog, vooral om alle kinderen te zien die uitgedost in hun mooiste kleren over de rotsen klommen. Een enkele gast had het te zwaar gevonden om zich door het mulle zand naar de plek van bestemming te zwoegen en had haar hakken maar gewoon halverwege achtergelaten. Op blote voeten kwam je er sneller vooruit.




















We bleven in het park tot over zessen. Toen was het tijd om in Moab zowel de auto als onszelf van brandstof te voorzien. We bestelden iets te drinken in de Moab Brewery, waar anders zou ik zeggen. Limonade – die is hier altijd lekker fris - voor mij en een Black Raven Stout voor Bert. Het bier kwam vlot, mijn limonade liet op zich wachten. Toch maar even een andere serveerster gevraagd en toen was het zo geregeld. Het oorspronkelijke plan om hier te eten hadden we laten varen. We hadden vrij laat geluncht en nog niet echt trek. We zouden bij de tent nog wel iets maken. Hoewel, een kommetje bier-kaassoep, dat zou er wel ingaan! Besteld dus. Na een kwartier was er nog niets. Weer gevraagd waar het bleef. Sorry, misverstand. Maar toen stonden er dan ook snel twee borden voor onze neus. Met, ja, waar leek het op? Op bechamelsaus met kaas…Er zat wel lekker pittige chili over en de calorieën die we in de loop van de dag kwijtgeraakt waren werden zo meer dan aangevuld. Net toen we het ophadden werd er een glas limonade voor me neergezet. Van de eerste bestelling. Lekker op tijd.
Even proeven...

Ow...lekker...en dan...

...die verzaligde blik zegt genoeg!

Om iets over zeven reden we weg, eerst naar de benzinepomp. Die lag naast de City Market, en Bert liep daar na het tanken vast naar toe, we moesten nog een paar boodschappen doen, terwijl ik een parkeerplek zocht. Die vond ik al gauw. Ik begreep alleen niet waarom Bert ernaast stond en in een deuk lag. Tot ik indraaide en het bordje zag: Senior Citizen Parking Only!




Om half negen waren we terug bij de tent, het was inmiddels donker. Met een glaasje wijn genoten we nog even na van deze topdag. Wow.

Dag 17 - vrijdag 9 september: Green River (Moab)

Om half zeven stond ik op, dat krijg je als je om half tien het licht uitdoet. Eenmaal buiten de tent bleek ik niet de enige, de familie die op ons deel van het veld stond was al bijna helemaal weg! En die aan de andere kant was ook aan het opbreken, tenminste, gedeeltelijk. Zij lieten nog enkele tentjes én de camper van opa en oma staan. Men is hier vaak erg vroeg al in touw. Zeker met deze hitte heel verstandig. Op verzoek maakte ik van de vertrekkende familie nog een paar groepsfoto’s en toen hadden we het veld weer voor ons alleen.

We besloten er een rustig dagje van te maken. Ik belde gezellig met mijn zus in Amsterdam en aan het eind van de ochtend reden we naar Moab. Dat is een klein uurtje rijden hiervandaan, goed te doen. Eerst haalden we om de hoek nog een nieuw pak ijs voor de koelbox, dat moeten we met deze hitte echt elke dag vervangen. In Moab deden we boodschappen bij de City Market. Tot ons plezier stond John (zie blog 2016, dag 17) nog steeds achter de balie van de vleeswaren, niet zo gek als je leest dat ze personeel zoeken en een uurloon van minimaal $18 bieden. Dat is veel meer dan je bij McDonalds krijgt, daar werven ze mensen voor $14. Ik vroeg pastrami voor twee sandwiches, dat is dan voor ons meestal genoeg voor vier. Het fruit was er zo allemachtig duur en bovendien net als in Nederland nog heel hard, de perziken dan, dat we dat lieten voor wat het was en ons beperkten tot de aanschaf van courgette, bosuitjes en komkommer. De tomaten van €6 per kilo lieten we ook maar liggen, zeker omdat ze er niet mooi uitzagen en hun beste dagen al gehad hadden. Het French Bread, wat ze in het verleden hadden, was er gelukkig nu ook. Dat is het enige brood met een enigszins knapperige korst dat hier verkrijgbaar is. Check!

Het volgende programmapunt: de was. De wasserette die de vorige keer nog naast de City Market was had het veld moeten ruimen voor een groot nieuw hotel, maar we werden door de vriendelijke man van de benzinepomp verwezen naar een nieuwe laundry. Het was daar duidelijk net nieuw allemaal. Superschoon, wel twintig grote wasmachines en even zovele drogers. Het duurde al met al een uurtje, toen konden we alles weer schoon in de auto bergen. Daarna dronken we wat in het naastgelegen brouwerij-café en toen reden we terug. Even overwogen we nog naar Canyonlands te gaan, maar daar hadden we toch geen zin in.

De was doen en tegelijkertijd naar poezenfilmpjes kijken 

Bij de tent, het was inmiddels half vijf, vermaakten we ons met kijken naar nieuwkomers. We hebben de rare gewoonte om iedereen namen te geven, zo waren er tante Sidonia, Huckleberry Finn, tante Pollewop en Pa Pinkelman, en de familie Flodder. Ik ben benieuwd hoe andere mensen ons noemen, anderhalve cent? Zo’n lange man en zo’n klein vrouwtje? Mini en Maxi? Wim en Corry Kan (bekend bij de oudere generatie)?

Als avondeten aten we het Franse brood met pastrami en mosterd, heerlijk en meer dan genoeg. Onze buren tuigden de boel weer op voor een avondvoorstelling maar we kregen niet meer mee wat er deze keer op het doek te zien was. Morgen gaan we naar Arches, ook daar moesten we al een tijdslot voor reserveren voor $2. Terwijl je ook al voor je toegangspas betaald hebt. Nou, wij hadden toevallig een mooie plek in onze tent gereserveerd. Daar gaan we nu eerst maar eens gebruik van maken.




zaterdag 10 september 2022

Dag 16 – donderdag 8 september: Capitol Reef – Green River (Moab)

Gisteravond parkeerde er, vrij laat, een auto op de parkeerplaats voor de ‘walk in’ tentplekken. Die parkeerplekken waren keurig genummerd zodat er voor iedereen een eigen plaats was. Maar, deze auto had een daktent. En tja, die kun je natuurlijk niet even afbreken om op het tentveld weer op te zetten. Enigszins vertwijfeld keken de betrokken om zich heen. De rest van het terrein was vol, dus ze hadden uiteindelijk geen andere keus dan te vertrekken en te zien of ze in Torrey, op een commerciële camping, een plaatsje konden vinden. Een walk-in veld is echt alleen voor tenten, dat u het even weet.

Omdat de hitte nog steeds van geen wijken wist pakten we de tent in vóór het ontbijt. Precies voordat de zonnestralen hun verwoestende meppen begonnen uit te delen waren we klaar. De komende drie dagen zullen we verblijven in Green River, op de campground in het State Park. Ook daar rijzen de prijzen de pan uit, ze vragen nu $45 per nacht, maar omdat het er zo aangenaam vertoeven is op het gras, met veel bomen en ruime douchekamers hebben we toch geboekt. Door al dat groen is het al gauw een graad of 6 koeler dan in de omgeving. En in Moab zijn alle onderkomens schreeuwend duur. In de eerste jaren dat we daar kwamen lukte het nog wel om voor een dollar of zestig een cabin met airco te huren, en dat was dan omgerekend in euro’s €40, maar nu is de koers gewoon één op één, of zelfs nog iets ongunstiger. Dit terrein ligt in een écht park, naast de golfbaan. Je wordt als je niet uitkijkt dan ook van de sokken gereden door een golfkarretje met een zeer bejaard persoon erin, dat er veel genoegen in schept het gaspedaal zo ver mogelijk in te drukken om zo in elk geval de indruk te wekken dat hij nog heel wat mans is. Maar eenmaal op de campground zelf kom je die karretjes niet meer tegen.

Onderweg stopten we even bij de Mesa Market Farm, waar we weer langskwamen, om nog een paar stukjes kaas en een brood te kopen. Eigenlijk wilden we ook wat groenten, maar ze hadden een heel slecht jaar gehad met veel ziektes in de planten dus dat werd hem niet. Gelukkig kon de plaatselijke super in Hanksville ons daar wel aan helpen, en met een komkommer, twee paprika’s en twee uien konden we even vooruit. Voor de schappelijke (nou ja)  prijs van €7.

De volgende stop was het Goblin State Park. Ook daar waren we al drie keer geweest, maar het blijft betoverend. Al die hoodoos en toadstools, in de meest waanzinnige vormen. Helaas konden we het door de hitte niet langer volhouden dan een uurtje maar het was toch weer de moeite waard. Jammer genoeg was ook hier de toegangsprijs verdubbeld, of in elk geval sterk verhoogd: we betaalden nu €20. Da’s best veel voor een relatief klein park.














Wie nu denkt: deze foto's heb ik al eens gezien, die is er óf zelf geweest óf heeft onze eerdere blogs gevolgd. Elke keer maken we toch weer dezelfde foto's, gewoon omdat het zo mooi is! 

Om twee uur reden we Green River binnen. Onze plek, nummer 10, stond altijd garant voor veel schaduw en optimistisch reden we er dan ook naar toe. Meteen bij het uitstappen werden we alweer door de hete wind om de oren geslagen; het was hier helemaal niet koeler dan in Capitol Reef! We wachtten nog even met het opzetten van de tent, onze eerste gang was naar de douche. Die hadden we een paar dagen moeten missen want die in Hanksville deed het niet en in Capitol Reef zijn geen douches. En dat in die hitte. Dan is het ongelooflijk lekker om je helemaal schoon te spoelen onder een automatische gieter. Geheel verfrist zochten we daarna een plekje in de schaduw. Om erachter te komen dat de bomen, zwarte populieren, erg aangetast waren. Vanwege de veiligheid waren er dan ook veel takken afgezaagd. Ja, dan heb je minder schaduw. Maar er was nog genoeg over, en na een uitgebreide lunch met het verse brood bleven we de rest van de middag heel rustig zitten. Zo min mogelijk bewegen was het devies.

Eind van de middag, net toen het ietsje koeler werd, kregen we gezelschap. Aan beide kanten van het pad werden tentjes opgezet, enkele grotere en een stuk of wat hele kleintjes. Het bleek te gaan om twee families, die allebei hun jaarlijkse familiereünie kwamen houden. In het begin dachten we dat ze bij elkaar hoorden maar dat bleek niet zo te zijn. Werkelijk talloze kisten en koelboxen met eten werden naar de picknickbanken gesleept en het duurde wel een paar uur voor ze geïnstalleerd waren. Het gekke is, ze zijn hier nooit luidruchtig. Waar zo’n gezelschap in Nederland (of van Nederlanders in het buitenland) garant staat voor een hoop herrie, zeker als er alcohol in het spel is, hoor je hier niet anders dan gewoon gepraat. Om een uur of zeven werden de vuurtjes aangemaakt en ging het vlees op de barbecue. De kleine kinderen vermaakten zich uitstekend met rondjes rennen over het gras en door de sproeiers lopen die her en der nog aanstonden.

Wij aten, na de late en stevige lunch van brood met kledderkaas (de gesmolten Cheddar verdiende geen andere naam), ei en komkommer, zoals gewoonlijk vrij simpel met een stukje kaas en als toetje een aardbeien-rabarberpie ter grootte van een ontbijtbordje, die we die ochtend nog snel even gekocht hadden. Om kwart over acht was het helemaal donker. Ik stond op om iets uit de auto te halen en ik wist niet wat ik zag: op een groot scherm werd Star Wars vertoond! De hele familie zat er doodstil naar te kijken. Het gekke is, ze hadden wel geluid aan, maar zo zachtjes dat het helemaal niet storend was. Ik had wel gezien dat er een partytent met een groot groen doek aan de zijkant was opgezet, maar dat dat als filmdoek zou fungeren, daar was ik nooit opgekomen. Onder de sterren naar Star Wars kijken, je moet het meemaken

Geen mooi plaatje, maar even voor het idee