donderdag 1 september 2022

Dag 8 – woensdag 31 augustus: Glendale (en Bryce)

In de wandelgangen worden veel zaken snel geregeld. Tenminste, zo was het waar ik werkte. Pogingen om dat meer te reglementeren mislukten, en op een van de zoveelste verplichte scholingen (en in onze ogen vaak nutteloos) kregen we gelukkig te horen dat juist die praatjes bij het koffiezetapparaat zoveel opleveren. Konden we daar dus weer gezellig mee doorgaan. Hier is natuurlijk geen koffiezetapparaat, maar wel een ruimte met wasmachines. Drie jaar geleden barstte een mevrouw, terwijl ze de onderbroeken opvouwde, zomaar los over de toen zittende heerser van het Amerikaanse rijk: die man moet dood, gewoon dood! Nu was er wederom een dame bezig met de was, terwijl ik daar aan het blog werkte - mijn laptop kon er aan de stroom. We kregen het over de extreme hitte, dat wij ons programma daar op probeerden aan te passen. Zij deden hetzelfde, het was gewoon niet te doen. Zelfs niet in een RV. Opeens kwam ze iets dichterbij, vroeg een beetje voorzichtig wat onze opvattingen waren. Ik had nog niet eens antwoord gegeven of ook zij liet zich in een tirade ontvallen wat ze wel niet dacht van mensen die ontkenden dat er iets aan de hand was met het klimaat. 'Ze hebben geen boek gelezen, ze weten van niets en roepen maar wat ze willen'! Tja, dat kon ik niet ontkennen. 'Wat er op 6 januari gebeurde, in het Capitool, ik was zó boos, zó boos! Ze lopen gewoon achter de eerste beste schreeuwer aan en weten niet eens waar ze het over hebben!' 'Ach,' zei ik, ze horen gewoon wat ze willen horen'. Ze gaf me een schouderklopje en wenste ons een hele goede reis. Ontboezemingen in het washok. 

Het enorme voordeel van het terrein waar we nu staan is dat er zoveel groen is. Dat scheelt echt zo een graad of zeven, acht. En dat is heel veel, als je uitgaat van 41 graden elders. Wat niet wil zeggen dat het niet warm is, vooral ’s middags loopt de temperatuur aardig op.

De allerbeste plek is natuurlijk in de auto. En zo reden we aan het begin van de middag naar Bryce, het park waar je je in een andere wereld waant en met het grootste aantal hoodoos (een hoodoo is een aardpyramide, een rechtopgaande rots gevormd door erosie) ter wereld. Voor we in het park kwamen kom je nog door Red Canyon. Ook al zulke bijzondere rotsformaties, en inderdaad bijna knalrood. Dus ook daar moesten we een paar keer uitstappen voor wat mooie plaatjes.





Dan Bryce. De laatste keer liepen we er weer eens de Navajo trail, schitterend. Je daalt dan helemaal af in de kloof en loopt tussen die wonderlijkste rotspilaren. Nu was ons dat véél te heet, en daardoor ook te gevaarlijk. We hielden het dus bij de uitzichtpunten en verwonderden ons voor de zoveelste keer over al dat moois. Vooral als je al die pilaren in amfitheatervorm ziet opgesteld, schitterend. Zeker als de zon erop valt.

Bij het visitor center aten we uit de achterbak een ‘vers gebakken, elke dag!’ broodje dat zo slap was als een natte krant, maar met een plakje cheddar erop toch best te verteren. Ook in dit park was het rustig. Afgezien van wat schoolklassen, die hun nieuwe jaar aftrapten met een uitstapje, en een clubje bejaarde motorrijders, waren er niet veel mensen. Op de commerciële campings net buiten het park was nog heel veel plaats, in het park alleen op de Sunset campground. Zomaar op de bonnefooi kun je er echter toch niet naar binnen, alles moet via de site van Recreation Governement of telefonisch. Alleen als je ruim van tevoren annuleert krijg je je geld terug. Maar zeker niet als je door weersomstandigheden van een verblijf moet afzien, zoals wij gisteren bij verzengende hitte, of als het weer opeens omslaat en het dagenlang slagregent. De ‘administratiekosten’ van $10 krijg je sowieso niet terug. Je betaalt bij no show zelfs een boete. Ik schreef het al, een vreselijk systeem.

Om een uur of zes waren we terug bij de tent. Daar keken we nog eens goed naar de route, én naar de weersverwachting. Nou, die blijft bij heet, heet, heet. Onze volgende stop zou Wahweap zijn, aan Lake Powell. Het is daar zo ontzettend mooi, je zet je tentje op en kijkt uit op dat hele grote meer omringd door rode rotsen. Maar het is er normaal al snoeiheet, en nu nog een tandje erger. Daarna zouden we kamperen op een campground in de buurt van Mexican Hat, op een terrein waar geen boom te bekennen is. Dat alles leek ons niet zo’n goed idee. Na lang zoeken vonden we een oplossing. We blijven wat langer hier, dit ligt zo centraal dat je van alles kunt doen. Voor de prijs hoeven we het ook niet te laten, $20 per dag. En dan rijden we zondag naar San Juan Inn, in Mexican Hat, daar hebben we nu een kamer besproken (tot zaterdag te annuleren). Vandaaruit kunnen we dan onze reis volgens plan vervolgen. Hopen we.

Wat hier ook zo fijn is, ’s avonds koelt het af. Dat staat garant voor een goede nachtrust. Welterusten.







Dag 7 – dinsdag 30 augustus: Cedar City – Glendale (via Zion)

Je geld of je leven! Nou, we kozen toch maar voor dat laatste. Dan maar wat geld kwijt.

We begonnen vanmorgen met een tochtje naar de AT & T winkel, om een Amerikaanse prepaid telefoonkaart te kopen. Helaas, zei de meneer, die hebben wij niet. Wij verkopen alleen abonnementen en toestellen. Maar bij de Walmart kun je ze zo krijgen. Ach, we moesten toch nog wat vers proviand inslaan, dus dat kwam goed uit. We liepen direct door naar achteren waar de betreffende afdeling was. Een combinatie van vader Abraham en Catweazle was druk met een klant in de weer, maar uiteindelijk waren we dan toch aan de beurt. Een prepaid telefoonkaart graag, met veel data. ‘O’, sprak Abraweazle, ‘daar weet ik niks van. Om elf uur bent u de eerste, dan is er iemand die er misschien meer over kan vertellen’. Het was vijf voor elf. We deden toch maar eerst een paar boodschappen en verwonderden ons voor de zoveelste keer over de hoge prijzen van melk, kaas, brood, groenten en fruit. Een Kingcorn brood ( wie kent dat nog?) doet hier gemiddeld zo’n 4 dollar. En dan weet je zeker dat je geen enkele vezel binnenkrijgt. We zochten het nodige bij elkaar en gingen opnieuw op zoek naar iemand die ons kon helpen. Abraweazle zag ons aankomen en verwees ons direct naar een magere jongeman, die zo te zien wel wat boterhammetjes kon gebruiken. Jazeker kon hij ons aan zo’n kaart helpen! We konden kiezen uit $40, $50 of $60. Allemaal makkelijk te installeren via internet. ‘Ja, maar ik héb juist geen internet’. Dat werd een beetje te ingewikkeld. ‘U kunt ze ook bellen hoor’! ‘Ja, maar ik kán niet bellen zonder kaart’. Een beetje wanhopig vroeg ik of er dan misschien een T-Mobile winkel in de buurt was? O ja hoor, naast de Starbucks. Pfff…..

Na de boodschappen gingen we dus op zoek naar de Starbucks. We reden een kilometer of wat rond, om hem uiteindelijk te ontwaren vlakbij de Walmart. Met daarnaast, inderdaad, de telefoonwinkel. Hi guys, just a minute! Er waren nog 6 wachtenden voor ons. Maar, het moet gezegd, toen we aan de beurt waren werden we uitstekend geholpen. Alles werd gecheckt en gedubbelcheckt, de telefoon deed het en de databundel werkte ook naar behoren. Heel fijn! Nu is het echt niet zo dat je niet zonder kunt, maar aangezien alle campgroundreserveringen ook online gedaan danwel gecancelled moeten en je soms ergens pas kunt reserveren na een telefoontje maakt dit het wel veel makkelijker. Bovendien kan ik mijn telefoon dan als hotspot voor de laptop gebruiken, wat het bijwerken van het blog aanzienlijk vereenvoudigt. Eerder moesten we altijd een McDonalds of een Starbucks opzoeken voor internet, dat viel ook niet altijd mee. En daar moest Bert dan uren wachten tot de foto’s geladen waren. Dat wachten is hij trouwens wel gewend. Jaren geleden, toen we nog als gezin met vakantie gingen, schoten de dochters altijd alle mogelijke kleding- en schoenenwinkels in. Bert posteerde zich dan ergens buiten, op een stoeprand of zo, en wachtte geduldig tot we uitgewinkeld waren. Dat kon soms wel even duren.

Aldus voldaan reden we richting Zion, waar we vandaag een plek hadden en de twee dagen erop een andere, maar beiden in de A-loop. In Springdale, het plaatsje vlak voor je het park inrijdt, was het helemaal niet druk. Gek, normaal gesproken moet je je auto hier parkeren en met de shuttle het park in (behalve natuurlijk als je er kampeert). Ook in het park was het rustig. We vonden onze plek al snel, lekker met een beetje schaduw. Hoewel, lekker….het was inmiddels 41 graden! We keken elkaar eens aan en wisten direct: dit gaan we niet doen. Snoeiheet werkelijk, en het zou nog erger worden de komende dagen. Het besluit was gauw genomen, we reden door naar de Bauertjes in Glendale. Daar komen we eigenlijk altijd wel een paar dagen als we in de buurt zijn, heerlijk kamperen in het gras onder de appelbomen. Onderweg namen we het er natuurlijk wel van, Zion is zo ongelooflijk mooi! Om de haverklap stopten we om foto’s te maken en gewoon rond te kijken. Daarna wisten we dan niet hoe snel we weer in de auto waar de airco ons koel hield moesten komen. Weer viel het ons op hoe rustig het was. Voor de kenners: we waren helemaal alleen in de tunnel…

De tent stond snel, en de pasta smaakte na alle exoten van de laatste dagen uitstekend. Zion, je kunt ons wel van alles beloven, maar met deze temperaturen zoeken wij ons heil in elk geval wat betreft kamperen toch even elders. Het kampgeld hebben we, onder dwang, afgegeven aan het reserveringssysteem. Ons leven was ons liever.







De beroemde 'schaakbord'berg




woensdag 31 augustus 2022

Dag 6 – maandag 29 augustus: Cedar City

Er wandelde een matras voorbij. Een grote kingsize matras. Waren we hier in het sprookje van de prinses op de erwt beland? En was dit een van die hele zachte matrassen? Nee natuurlijk. Er bleken bij nader inzien twee mensen achter te zitten, die het ding kennelijk richting vuilcontainer brachten. Toen we er later langsreden zagen we echter niets, misschien was hij dus door iemand anders opgehaald. Die middag, ik wilde zelf een zakje afval in de container gooien, stonden diezelfde mensen er weer. Nu naast een meer dan manshoge koel- vriescomibinatie. Op mijn vraag of ze dachten dat hij erin zou passen antwoordden ze vrolijk ‘we will make it fit!’. Terwijl het echt geen grote grofvuil container was. Maar kennelijk is het ze toch op een of andere manier gelukt want er was later ook daar niets meer van te zien.

Omdat we pas aan het eind van de middag met Carmen en Troy hadden afgesproken konden we de dag zelf invullen. Dat deden we door naar Cedar Breaks te rijden, een Nationaal Park op ongeveer 30 km bij ons vandaan. We waren daar in 2019 ook geweest, toen hadden we er wild gekampeerd. Het is een klein park, met rotsformaties die erg doen denken aan die van Bryce. Het was er, zoals overal op dit moment, erg rustig. We stapten hier en daar uit om rond te kijken en wat foto’s te maken, en liepen daarna de Alpine Trail. Dat is een vrij makkelijke trail van een kilometer of zes, met in totaal iets van 50 m hoogteverschil. Prima te doen dus. Niet spectaculair allemaal maar wel heerlijk om zo te lopen, in de koelte bovendien.




Iemand een appeltje trouwens? Naast onze cabin. Ze zijn lekker!


Geheel opgenomen in het gras 




Na dit moois deden we niet zoveel meer. We pakten vast wat spullen in, hoewel dat ook zo gepiept was omdat het meeste in de auto was blijven liggen. Om half zeven togen we naar de plaatselijke Mexicaan voor een laatste etentje met onze vrienden maar niet nadat we getankt hadden. Er zat niet al teveel benzine meer in, en het laatste wat je wilt is hier zonder komen te staan. Casa de Don Miguel konden we in eerste instantie niet vinden. Dat wil zeggen, we zagen wel iets dat zo heette, maar dat zag er heel vervallen en gesloten uit. Toch maar even aan de deur gerammeld, en ja hoor, een authentiek Mexicaans familie-restaurantje waar ze direct vroegen of wij voor Carmen kwamen. Het eten was natuurlijk verrukkelijk en tijdens het wegwerken van al dat heerlijks kletsten we volop over onder andere stambomen en achternamen, over de dochters van C&T die deels een andere dan wel geen enkele geloofsrichting op waren gegaan (wat niemand erg vond) en over de eetgewoonten in Nederland. Na het eten was het dan echt afscheid nemen geblazen.

Terug bij onze cabin dronken we nog een glaasje terwijl we luisterden naar de krekels en keken naar de sterrenhemel. Het werd onze laatste nacht hier, morgen vertrekken we. Naar Zion, het beloofde land. Dat belooft wat.

dinsdag 30 augustus 2022

Dag 5 – zondag 28 augustus: Cedar City

Een jong stel meldde zich aan de balie waar ik ook stond om ons verblijf weer met een nachtje te verlengen. Ze waren aan komen rijden in een zelfs voor Nederlandse begrippen klein, oud autootje. Ze oogden wat nerveus en stonden wiebelend van het ene op het andere been te wachten op de beheerder. Het was ze tot nu toe niet gelukt een kampeerplek te bemachtigen. Overal alles vol. Tja, het was weekend en dan trekt half Amerika erop uit. Als je het moet doen met twee weken vakantie per jaar grijp je elke mogelijkheid aan om op een andere manier te ontsnappen aan de hectiek van het dagelijks leven. Gelukkig voor hen waren alle plekken hier nog vrij en even later huppelden ze vrolijk weer naar buiten. Later spraken we ze opnieuw en toen kwamen we wat meer aan de weet. Duitsers waren het, en haar vader had hier heel lang gewoond. Nu wilde ze wel eens met eigen ogen zien hoe dat eraan toeging, in dat land waar ze zoveel over had gehoord. Nou, het eerst wat ze was opgevallen was dat alles zo ontzettend duur was. Daar viel weinig tegenin te brengen, dat is gewoon zo. Je moet echt een grote bak met geld meenemen, veel meer dan een paar jaar geleden.

Wij begonnen de dag weer rustig met koffie, ontbijt en een douche. Het sanitair is hier prima in orde, geen wasbakken op een rijtje maar allemaal grote complete badkamers. Nog geen tien meter van onze cabin. Rond het middaguur reden we opnieuw naar Cedar City om nogmaals de beeldentuin te bezoeken en wat meer foto’s te nemen. Het was er wel behoorlijk warm, iets van 35 graden en zonder een vlaagje wind dat voor een beetje verkoeling zorgde viel dat niet mee. We bleven dus niet al te lang maar wel lang genoeg om alle beroemde figuren uit  Shakespeare's toneelstukken te vereeuwigen.
                                    
Falstaff

Bottom the Weazel

Julia, zonder haar Romeo

Tegen half zes kwamen Carmen en Troy ons ophalen voor een paar tripjes en een picknick. Allereerst gingen we naar de oudste boom van Utah, een bristlecone pine van 4500 jaar oud, zo’n 10 mijl verderop. Het was een korte trail, maar heerlijk om zo in het bos in de koelte te lopen. Daarna was het nog een flink eind rijden naar de Kolob Canyon, onderdeel van Zion National Park. Ooit waren we er zelf geweest, maar vanuit een andere richting. Dit was echt een eyeopener, letterlijk, want we zetten grote ogen op toen we eenmaal naar die schitterende rode rotsen voor ons zagen. We reden helemaal door naar boven, en na het maken van de nodige foto’s haalde Carmen een grote koelbox en een flinke boodschappentas tevoorschijn uit hun auto (we rijden steeds met eigen auto’s, vanwege het monster dat covid heet). We moesten een klein stukje naar boven klimmen tot we bij een picknickbank kwamen. Bert liep met Carmen voorop, ik met Troy een stukje erachter. Ze zetten de spullen neer en opeens rende Bert ervandoor. Waarschijnlijk naar het uitkijkpunt een halve mijl verderop. Wij installeerden ons vast en ik keek stomverbaasd toe naar wat er allemaal op tafel kwam. Zelfgemaakte (Spaanse) tortilla; chicken salad sandwiches; een volgens opgaaf 13 persoons bak met wat wij snoepgroente noemen, inclusief dipsaus; perziken en sinaasappels; een doos met zakjes chips; koekjes en chocola. De snoepgroente was alleen voor ons in verband met het dippen, dat was niet verantwoord in deze tijden van covid. Nela, de hond, zat ook op de bank. Onder geen beding was ze op de grond te krijgen want daar zaten haar aartsvijanden: mieren! Waaruit maar eens blijkt dat de grootsten niet altijd de sterksten zijn. Intussen was Bert nog steeds weg. Carmen begon zich er wat ongemakkelijk onder te voelen want intussen was het ook gaan schemeren, maar ik stelde haar gerust door te zeggen dat er nog meer mensen die kant op waren gegaan. En het pad hield op bij het uitkijkpunt, dus er kon niet echt iets misgaan. Maar ze bleef onrustig, en op een goed moment ging ze toch zelf kijken (we waren inmiddels twintig minuten verder). En wat een geluk, al na een paar minuten kwam ze terug. Met het verloren schaap in haar kielzog.

                                       






Na dit grandioze avondmaal werden alle restanten, die nog niet eens allemaal aangebroken waren, in onze auto gezet zodat we geen honger zouden lijden. De rit naar huis duurde drie kwartier, en hoewel we de avond graag afsluiten met een glas wijn waren we daar te moe voor. Bovendien was het best koud geworden en het woei behoorlijk. Dat werd dus gewoon een enkeltje dromenland.


 









zondag 28 augustus 2022

Dag 4 – zaterdag 27 augustus: Cedar City

Moet je kijken! Dat kan toch niet! Iedereen gebruikt dat om schoon te maken, nou, ik niet meer hoor! Aldus een geagiteerde dame in de supermarkt. Ze wees naar een grote fles bleekmiddel, een liter of drie. Prijs: $8. Tja, dat is wel slikken. Even eerder waren we al in gesprek geraakt toen een man mij vroeg welk wasmiddel hij moest gebruiken om zijn crèmekleurige poloshirt met rode en blauwe rand van vlekken te ontdoen. Ik had natuurlijk geen flauw idee, maar de dame in kwestie had het ook gehoord en voorzag de man van deskundig advies. Het is beslist niet moeilijk om hier met mensen aan de praat te raken.

Vandaag konden we dan voor het eerst ons gasstel testen. Nou, dat deed het uitstekend! Beter dan de andere, duurdere van Coleman die we wel gehad hadden. Dit was het eigen merk van Walmart, Ozark, en beslist een aanrader. Ook het broodrooster paste er goed op, zodat we bij de koffie van lekkere geroosterde Engelse muffins konden genieten. Daarna liepen we een rondje over het terrein, dat groter bleek dan we in eerste instantie dachten. Er waren ook vijf mooie tentplekken. Bij één ervan stond een man met een motor zijn spulletjes in te pakken en op onze vraag of hij hier uitgekampeerd was gaf hij een bevestigend antwoord. Ook met hem raakten we in gesprek. Hij kwam oorspronkelijk uit Argentinië maar woonde al 35 jaar in LA. Voor zijn broodwinning was hij altijd taxichauffeur geweest, de laatste jaren werkte hij voor Uber. Met corona braken voor hem helemaal gouden tijden aan toen hij de omslag maakte naar Uber Eats. En nu was hij al zeven weken onderweg, eerst helemaal naar het noordelijkste stukje van Alaska en toen weer langzamerhand afgezakt. Als zijn geld op was logde hij even in en bezorgde hij wat pakketjes, tot hij genoeg had om weer door te gaan. Omdat hij verder geen verplichtingen had, geen relatie en geen kinderen, kon dat allemaal makkelijk. Het leek ons een tevreden mens. Een tijd geleden las ik dat de mensen die niet het grote geluk najagen maar gewoon tevreden zijn met wat ze hebben en doen in het leven, uiteindelijk het gelukkigst zijn. We wensten hem een goede reis en zwaaiden hem uit. Altijd weer leuk, zulke ontmoetingen.

De rest van de middag hebben we niet veel gedaan behalve wat lezen en wat schrijven. Heerlijk is het hier, alleen al om gewoon op de veranda in een luie stoel te zitten en niets te hoeven. Om half vijf reden we naar het stadje, tien minuten rijden hiervandaan. Daar hadden we met Carmen, Troy en Cindy afgesproken om samen te gaan eten bij The French Spot. De eigenaar van het restaurant, echte Fransman, heeft hier al jarenlang succes met zijn Franse keuken. We konden buiten zitten en dat was voor ons een vereiste vanwege al het covid-gedoe. Troy had de hele avond zijn mondkapje op, behalve bij het eten natuurlijk, hoewel ook hij een paar dagen geleden al negatief getest was. Ja, en dan was er dus Cindy, zijn zus. Ook haar hadden we drie jaar geleden ontmoet en ze was ons toen al opgevallen. Een schat van een mens, en een enorm krachtige persoonlijkheid. Ze had vier niertransplantaties achter de rug die allemaal mislukt waren. Nu zat ze al twintig jaar drie maal per week aan de dialyse. Maar ze draaide haar hand er niet voor om twee uur te rijden om naar ons toe te komen, zo graag wilde ze ons zien. Met zuurstoftank en al zat ze in spanning te wachten en toen ze ons eindelijk zag was ze tot tranen toe geroerd. Dat was dus een heel hartelijk weerzien.

We namen een gratin dauphinois met een groene salade en die was echt zoals het hoorde, verrukkelijk. Ooit bestelden we bij een Italiaans restaurant, ik weet niet meer precies waar, een Salata Caprese maar wat we kregen leek daar in de verste verte niet op. Geheel aangepast aan de Amerikaanse smaak, die bepaald niet de onze was, dus dat ging retour keuken. Daar doen ze hier helemaal niet moeilijk over, klant is altijd koning.



Na al dit lekkers ging Cindy terug naar huis. Ze moest nog een eind rijden tenslotte, en ook nog cookies bakken voor morgen, omdat er een doopfeest was in de kerk. Dat is trouwens wel bijzonder, deze mensen zijn allemaal heel gelovig maar vinden het geen enkel probleem dat wij dat niet zijn. We kunnen er gewoon over praten. Carmen vertelde dat ze ook de koran en de tora gelezen had, om meer inzicht te krijgen hoe anderen hun geloof beleven. Goed, we namen afscheid van Cindy, - we wisten allemaal dat we elkaar niet weer zouden zien -  en gingen zelf met Carmen en Troy naar het culturele hart van Cedar City, het Shakespeare-complex. Er is een prachtig theater neergezet, met een dito aangelegde beeldentuin eromheen, en een museum voor moderne kunst. Allemaal gelieerd aan de universiteit van Southern Utah. Elk jaar is er een groots opgezet Shakespeare Festival, en toevallig was dat nu aan de gang. Op een groot grasveld was een groepje studenten aan het dollen, eerst met een Amerikaanse voetbal en later met houten zwaarden. Er kwamen ook steeds meer mensen die op de bankjes en op het gras gingen zitten, sommigen hadden hun eigen stoeltjes meegebracht. Wij zaten op twee bankjes schuin achter elkaar, wat covid-technisch gezien heel prettig was. Op een klein podium werd de avondvoorstelling aangekondigd door een native bewoner, van de Paiute stam. De universiteit onderhoudt nauwe banden met deze oorspronkelijke bewoners, waarmee ze iets goed hopen te maken van het verleden (om het maar even heel simpel te stellen). De naam Utah is afgeleid van Ute, wat volk betekent. Na het praatje werd, geheel volgens traditie, een rituele dans uitgevoerd door een jochie van een jaar of negen. Daarna was het de beurt aan een groep musical-acteurs, die een wervelende show ten beste gaf met zang en dans. Er is een acteursopleiding aan de universiteit, en dit deden ze elke avond tijdens het Shakespeare Festival. Het was een heel vrolijk en ontspannen gebeuren. Na afloop van de show maakten we wat foto’s in de beeldentuin, en net voor het helemaal donker werd reden we terug naar onze cabin. We konden terugkijken op een geweldige avond samen met onze vrienden, zij het op gepaste afstand.












Dag 3 – vrijdag 26 augustus: Las Vegas -Cedar City


Flexibiliteit is voor ons een sleutelwoord als we aan het reizen zijn. Per dag bekijken waar we naar toe gaan, wat we willen doen. Daarom hebben we ook zo’n hekel aan reserveren, dan zit je eraan vast. Het hotel deed nergens moeilijk over toen we onze laatste nacht annuleerden, en op de Cedar Canyon Campground konden we ook onze reservering een dag naar voren halen. Die stond eigenlijk gepland van zaterdag tot maandag. Vanwege het risico op besmetting met corona hadden we besloten niet bij Carmen en Troy te overnachten maar ze alleen te bezoeken, en wel in hun tuin. Ook Troy was vorige week zaterdag besmet geraakt en hoewel hij nu negatief getest was leek ons het toch geen goed idee langdurig met hen in een ruimte te verblijven. Je moet de kat niet op het spek binden nietwaar.

We ontbeten in de coffee corner van hotel California, dat via een gang met ons hotel verbonden is. Hadden we al eens eerder gedaan. De koffie was goed, de muffin smaakte prima. Prijs was navenant hoog: €13 (ik kan de bedragen net zo goed in euro’s aangeven aangezien de waarde op dit moment gelijk is aan de dollar). Daarna zetten we koers richting Cedar City. Het eerste stuk was qua landschap behoorlijk saai, heet en dor. Vanaf het moment dat we in Arizona kwamen veranderde dat en was het prachtig. De kleuren, de bergen, alles. In St George stopten we om iets te drinken, bij Wendy’s. Aan de balie bestelden we twee kleine bekers aardbeienlimonade. Nou, dat was wat hoor. De jongen die deze moeilijke opdracht tot een eind moest brengen had geen idee wat te doen. Toen hij, na twee keer zijn collega gevraagd te hebben, eindelijk iets wist in te voeren in het systeem drong zich een nieuwe vraag aan hem op. ‘You guys are senior, right?’ Dat konden we moeilijk ontkennen. Hij raakte er wederom van in de war. Uiteindelijk hielp de collega hem, en na een stief kwartiertje konden we dan eindelijk onze bekers met een liter ijskoude limonade in ontvangst nemen.

Met het passeren van de grens met Utah versprong de klok een uur naar voren. Niet dat het ons iets uitmaakte, we hadden de dag aan onszelf. Om half vijf reden we Cedar City binnen en stopten we nog even bij de plaatselijke Walmart. Voor een paar dollar kochten we een tafelkleed zodat we de picknicktafels komende weken van een passende bekleding konden voorzien wat belangrijk was, want ze zijn lang niet altijd schoon. Normaal gesproken hebben we er altijd een bij ons maar nu even niet. Je kunt niet overal aan denken nietwaar. Ook ruilden we ons eenpits gasstel om voor een tweepitter met windscherm, dat was maar een paar dollar duurder maar in de Walmart van gisteren waren die uitverkocht. Tot slot gooiden we nog een paar kleine pie’s en twee zakken met Engelse muffins in de kar, zodat we ook een goed ontbijt hadden. Voor de zekerheid probeerden we nog even met de Wise kaart te betalen maar het werd handje contantje.

Daarna zetten we koers naar het huis van Carmen en Troy. Zoals ik al schreef stonden onze slaapzakken, keurig verpakt in grote kartonnen dozen, onder het afdak van hun voordeur. Tot onze verassing kwam Troy er net aanrijden, we dachten dat hij nog ziek was maar dat was in het geheel niet het geval. Hij vroeg ons even binnen te komen, wat we wel wilden zolang we maar op grote afstand bleven. Zelf droeg hij een mondkapje. Onze verbazing werd nog groter toen Carmen ineens tevoorschijn kwam! We dachten dat ze naar haar vrijwilligerswerk was, maar ze had gewacht in de hoop ons nog even te kunnen zien (ik had onderweg een appje gestuurd, toen we in St George waren). Exact drie jaar geleden hadden we elkaar voor het laatst – en ook voor het eerst – ontmoet, dus dat was een ontzettend leuke verrassing. De verrassing werd nog groter toen Troy ons meetroonde naar de tuin, waar hij voor ons een grote bak met Mexicaanse salade neerzette. Carmen verdween naar haar werk, maar wij aten gedrieën heel gezellig én op afstand een verrukkelijke maaltijd! Het was precies op het goede moment, we waren toch moe van al het gereis en het doen van alle inkopen, bovendien hadden we na het ontbijt niets meer gehad. Kon niet beter dus! Tegen een uur of zeven vertrokken we naar onze slaapplek.

Het kwam neer op een tent van hout, met twee van die opklapbedden die we zelf nog uit moesten vouwen, maar wel met airco en een koelkast annex vriezer. Plus een overdaad aan stopcontacten. We pakten onze nieuwe slaapzakken uit en richtten de boel een beetje in. Op een grote veranda achter de cabin stond een picknicktafel die we mochten gebruiken en de eigenaar van de camping bood aan ons een bak met een vuurtje te brengen zodat we marshmallows konden roosteren. Service van de zaak. Maar de Mexicaanse salade, die behoorlijk gevuld was geweest met kip, guacamole, rijst, taco’s en een dressing die ik niet thuis kon brengen maar ontzettend lekker was, had onze magen meer dan goed gevuld zodat ik het aanbod vriendelijk afsloeg.

Het wordt eentonig. Om negen uur hadden we de pijp helemaal uit en binnen een paar minuten waren we diep in slaap. Wat dat aangaat was er van enige flexibiliteit geen sprake.








zaterdag 27 augustus 2022

Dag 2 – donderdag 25 augustus: Las Vegas

Ik schrok wakker na een diepe slaap. Een blik op de wekker op het nachtkastje liet me nog meer schrikken: half elf! Dan had ik meer dan 14 uur geslapen, kennelijk was dat nodig geweest. Maar…er klopte iets niet, het was nog donker. Het duurde even voor het tot me doordrong: ze werken hier natuurlijk niet met de 24 uurs tijdnotatie. Het was dus gewoon nog avond, en ik had iets van drie uur geslapen.

Op een redelijk normale tijd waren we uitgerust genoeg om de dag te beginnen. Allereerst naar de eetzaal, met gevoel voor understatement ‘Garden Court’ geheten, geen sprietje gras te zien. Ook daar bleek corona echter voor aanpassing te hebben gezorgd. In plaats van drie maal per dag een buffetronde, te weten ontbijt, lunch en diner, was dat nu aanzienlijk ingekrompen. Brunch van 8 tot 2 en voor het diner gingen ze slechts in het weekend open. Uiteraard waren ook de prijzen aangepast, van $10 naar, jawel, $24 pp excl. tax en tip. Toe maar. Dat kon voor ons niet uit, we kunnen nu eenmaal niet zoveel meer verstouwen, maar deze ochtend gaven we ons toch nog maar een keertje gewonnen. Een echt alternatief was er ook niet.


                       

Om een uur of een reden we naar de Walmart om de gebruikelijke inkoopronde te doen. Dat gaat altijd in tweeën, eerst alle kampeerspullen zoals brander, rotspennen, onderzeil voor de tent, handdoeken etc., en daarna alle proviand zodat we de komende weken alleen nog maar verse groenten, fruit en brood hoeven te kopen. We liepen, dat kun je wel zeggen, kilometers. Hadden we bijna alles in de kar, toch nog iets vergeten waardoor we opnieuw de hele winkel door moesten. Onze stappenteller zou ontploft zijn, gelukkig hebben we die niet zodat we ons daar ook geen zorgen over hoefden te maken. De prijzen daarentegen deden dat wel, je kunt rustig zeggen dat die zeker 50% gestegen waren vergeleken met drie jaar geleden. We besloten ons er maar niet druk over te maken, had ook geen enkele zin natuurlijk.

Bij de kassa wilde ik betalen met mijn Wise Creditcard. Dat is een debetcard waar je je geld in vreemde valuta op kunt storten, zodat je maar één keer transactiekosten betaalt. Daarna kun je er overal in de valuta van het land waar je bent mee betalen. Bovendien is de wisselkoers uitermate gunstig. In Noorwegen hebben we er alles mee betaald, ideaal. Dus was het logisch om dat voor ons verblijf hier ook toe te passen. De eerste keer dat we er iets mee afrekenden was bij de bar in het hotel. Probleemloos. De brunch wilde ik er ook mee afrekenen. Pincode ingetoetst, geweigerd. Wat?? Nog een keer, en nog een keer. Noppes. We betaalden maar contant, gelukkig hadden we nog wat overgehouden van onze reis in 2019. Het zou wel aan hun systeem liggen dachten we, dus bij de Walmart probeerden we het opnieuw. Weer mis. Het begon vervelend te worden. Omdat je nooit op één paard moet wedden gooiden we onze ING kaart in de strijd, en die werkte wel.

De auto is voorzien van een voortreffelijk navigatiesysteem. Het had ons moeiteloos naar onze bestemming gebracht. Toen we terug wilden pakte hij het helaas niet, dus reden we maar op goed geluk een kant op. We hadden ook de navigatie op mijn telefoon erbij gepakt maar die liet het eveneens afweten. Na een mijl of wat sprong het systeem opeens aan. We bleken totaal de verkeerde kant op gereden te zijn. In het hotel, het was inmiddels bijna vijf uur, schoven we maar meteen aan in het Triple 777 restaurant voor de allereerste echte hamburger. Deze plek, met een eigen brouwerij, is echt een aanrader voor wie niet tegen teveel prikkels kan. Er hingen negen televisieschermen rondom de eetzaal die om het hardst probeerden je aandacht te krijgen. Het was een grote, heel hoge ruimte met zeker honderd tafels. Iedereen schreeuwde omdat ze elkaar anders niet konden verstaan. Je kon er wel gek van worden. Ik besloot dat niet te doen en het te beschouwen als een goede oefening om prikkels te negeren, en tot mijn verbazing lukte dat. De hamburgers waren perfect.

Tja, en toen vielen we alweer om. Zin om nog even naar de Fremont Street Experience te gaan hadden we niet, we hadden het wel gezien. Dat gold eigenlijk voor alles hier. Goed beschouwd is dat hele Las Vegas een uitermate treurig gebeuren. Je zou je diep moeten schamen dat je zo’n oord uit de grond hebt gestampt midden in de woestijn, ten koste van de water- en elektriciteitsvoorzieningen voor de hele regio, en in deze tijd al helemaal. Dus cancelden we de laatste nacht, boekten iets wat een Cowboy Cabin heette op een camping vlakbij Cedar City. We informeerden onze vrienden daar dat we een dag eerder onze slaapzakken op zouden komen halen (die stonden al klaar bij hen onder de porch) en deden de ogen dicht.