dinsdag 14 augustus 2012

Dag 28 – zondag 12 augustus: Grand Canyon


Op de lopende band bij de kassa: tomaten, champignons, courgette, paprika, brood. Reactie van degene achter ons in de rij: “Wow, healthy people!” Om maar even aan te geven dat wat wij heel gewoon vinden hier opvalt. Koken doen de meeste mensen allang niet meer zelf, afgezien van waarschijnlijk de Mexicanen die alom aanwezig zijn. Op één van de campgrounds zag ik hoe ze een pan met een diameter van ongeveer één meter aan het schrobben waren. Wat erin zat weet ik niet, maar het was vast lekker! 
Toen wij een stukje vlees wilden kopen ter afwisseling van de veel genuttigde pastamaaltijden zagen we mooie, dunne lapjes entrecote liggen. Hoe werden die hier genoemd? Breakfast-steaks! Ja, vast heerlijk met gebakken eieren, worstjes en aardappelen erbij ’s morgens vroeg…brrrr.  Niet verwonderlijk  dat hier voor veel mensen een ongezonde levensstijl de norm is.
Dat even als voorafje. O, en foto's hebben we niet gemaakt deze dag: ook onze camera's mochten uitrusten na zoveel overwerk.

Lekker lui opstaan, pancakes bakken, koffie drinken, lezen….een echte zondagochtend! Vandaag was een rommeldag. We hebben niet veel gedaan verder, zijn ’s middags nog even naar het park geweest om in de cafetaria van een van de lodges het blog bij te werken en wat mails te versturen. Bert deed zich daarbij tegoed aan zo’n zes liter rootbeer. Dat is een alcoholvrij drankje dat naar kruipolie smaakt (vind ik).  Onze campgroundbuurman bleek achter ons te zitten en zei ons vriendelijk gedag. Later, terug bij de tent, kwam hij een praatje maken. Hoewel je vaak hoort dat Amerikanen oppervlakkig zijn ervaren wij dat toch soms anders, getuige onderstaande verhalen. De buurman was alleen onderweg, met een pick-up en een geheel gesloten trailer erachter waarin hij een matrasje had gelegd en wat kleren aan een haakje gehangen. Uiteindelijk bleek deze man zijn kleinzoon te gaan halen in Seattle, waar zijn dochter als alleenstaande moeder de kosten van de opvoeding niet langer kon opbrengen. Zelf woonde hij met zijn vrouw in Ohio, dat is zo’n 4000 kilometer oostwaarts. De dochter in kwestie had, zoals hij het netjes uitdrukte, de neiging om dingen niet af te maken. Drie weken voordat ze haar diploma als lijkschouwer – tja, die moeten er ook zijn – zou krijgen nam ze de benen met een vriend. Of dat ook de vader was van haar zoon liet hij in het midden. Omdat hij al met pensioen was en zijn vrouw nog werkte (waar heb ik dat meer gehoord??) maakte hij er nu maar een leuk reisje van, inclusief familiebezoek in Californië.

Ander verhaal: toen wij op deze hemelse plek terechtkwamen was hij nog bezet door een echtpaar dat druk aan het inpakken was. We vroegen of wij hun plek over mochten nemen, en de vrouwelijke helft van het stel was duidelijk ingenomen met onze aanwezigheid. Binnen een kwartier had ze ons het doel van hun reis uit de doeken gedaan: ze gingen de as van haar mans vader verstrooien, die stond namelijk al een paar jaar op de plank te verstoffen. Of was tot stof vergaan, dat weet ik niet precies. In die hete auto, de zon scheen tamelijk onbarmhartig, bevond zich dus ergens een potje met opa erin. Raarrrrrrr……
Ach, en zo maak je elke dag wel weer iets mee. Wij aten in elk geval, dwars als we zijn, de breakfast-steaks als avondmaal en aangevuld met aardappelpuree en sla vormde dat een uitstekend maal. Daarna een vuurtje en toen ging het licht alweer snel uit bij ons. Het is dat ze hier geen kippen hebben, anders gingen we samen op stok!

maandag 13 augustus 2012

Dag 27 – zaterdag 11 augustus: Grand Canyon


Een raar verschijnsel hier: je kunt overal gewoon vuurwerk kopen. Maar volgens mij schreef ik dat vorig jaar ook al eens. Met alle bosbranden en vooral het gevaar daarvoor toch opmerkelijk. 
Maar goed, het was vandaag shuttledag. Een deel van het park kun je alleen maar met de shuttlebus bereiken, tenminste, tussen april en oktober. Zo probeert men de uitstoot van CO² te verminderen. Bovendien, als je ziet hoe druk het hier bezocht wordt, scheelt het heel wat in het aanleggen van parkeerplaatsen.
De shuttle naar de westbound doet op de heenweg negen plaatsen aan en op de terugweg drie. We maakten dus een plannetje waarbij we uiteindelijk maar twee keer uitstapten op de heenweg en de rest liepen we langs de rim. Onze eerste stop was Hopi-point. Dit is een zeer populair uitzichtpunt waar je ook een heel mooi zicht hebt bij zonsondergang. Normaal gesproken ziet het er zwart van de mensen, nu waren we er alleen. 





Vanuit dit punt liepen we een stukje terug naar Powell-point om daar weer op de bus te stappen. De naam Powell kom je hier vaak tegen; majoor Powell was de eerste onderzoeker die – met een groepje medestanders samen – geprobeerd heeft in bootjes de Colorado af te zakken om zo inzicht te krijgen in het landschap. Hij deed dat alles met maar één arm, de andere was namelijk door een verwonding geamputeerd.
Vanuit elk punt zie je de Canyon anders. Ander licht, andere vormen, andere kleuren. Allemaal even indrukwekkend. En omdat we vrij vroeg waren was het ook nog rustig, waarschijnlijk is dat later op de dag wel een ander verhaal.
Na dit grandioze natuurverschijnsel hadden we behoefte aan een tegenhanger en dus vulden we onze magen met een – echt goede – hot dog. De rest van de dag gebruikten we om plannen te maken voor het laatste deel van de reis, te schrijven, te lezen, te koken en een vuurtje te stoken. Het bevalt ons hier zo goed dat we lekker nog een dagje blijven, kamperen om het kamperen. Tijd genoeg!

Dag 26 – 10 augustus: Grand Canyon South Rim

Dat je 't maar even weet....this is America!


Van de slechtste naar de beste campground…het kan verkeren. Vlak voor we bij de Grand Canyon waren zag ik een bordje staan: Campground Ten-X, National Parks. Kijken dus! Het was in een woord schitterend. Alsof je op de Veluwe was en daar je tent op een plek naar keuze kon opzetten. De beslissing was dan ook gauw genomen: hier prikken we ons tentje neer! 



Het licht dat door de bomen sijpelde, schaduw in overvloed, héél veel ruimte….voor ons het paradijs. Ok, haast geen enkele voorziening, alleen een ‘vault toilet’ en een kraan, maar dat is voor ons meer dan genoeg. Kosten: $10 per nacht. En, het mooiste van al, echt op steenworp afstand van de ingang van het park. Je snapt niet dat mensen dan überhaupt nog op een overvolle camping twee kilometer dichterbij gaan staan…

Nadat we ons geïnstalleerd hadden gingen we op verkenning. Zo langzamerhand hebben we wel wat gezien aan canyons, en twee jaar geleden hadden we de North Rim uitgebreid bezocht, maar toch overdondert het je elke keer weer, zo’n enorm allesomvattend natuurverschijnsel.




We besloten het rustig aan te doen en na een picknick ter plaatse hadden we opeens ontzettend veel zin om lekker te gaan lezen bij de tent. Morgen dan de rest maar doen. Zo’n mooie kampeerplek, daar moet je toch juist gebruik van maken en van genieten?
Aldus geschiedde. 

Dag 25 – donderdag 9 augustus: Las Vegas - Grand Canyon.


Omdat we hotel Treasure Island nog niet gezien hadden togen we daar vanmorgen vroeg als eerste heen. We hadden hoge verwachtingen, maar die werden in het geheel niet waargemaakt. Niets te zien, behalve een giga casino. Helaas. Dus dan maar een ontbijtje bij de in het hotel gevestigde Starbucks. Wat denk je: twee koffie, drie croissants: $16! Terwijl de gigantische ontbijtbuffetten $18 pp kosten…maar daar eten we dan weer te weinig van. Nou ja. Met toch iets in onze maag checkten we uit in het hotel en zetten koers richting Grand Canyon. Er zijn daar twee campings, één al maanden van tevoren volgeboekt, de ander first come first serve. Nadeel van die laatste is dat je dan eerst het hele park door moet en vrij ver van alles af zit. We besloten dus vóór de GC een plek te zoeken en dan verder te zien.
Het eerste stuk vanaf LV was op en top woestijn. 
Lake Mead, waarin de Hooverdam gebouwd is
Waar je maar kijkt woestijnlandschap
De Hooverdam, die we wel passeerden, hebben we maar gelaten voor wat het is, een dam in een stuwmeer hebben we al veel vaker gezien en het werd beschreven als een beetje saai. Na het woestijngedeelte veranderde de omgeving vrij plotseling van een droge gele in een groene. Veel bomen, grasland. De temperatuur deed mee en daalde binnen een kwartier van 46 naar 25 graden. Dat vonden wij helemaal niet erg.
Al bladerend in de Trottergids (dat is mijn grote hobby onderweg: reisgidsen en kaarten bekijken) las ik dat het stadje Williams leuk en authentiek moest zijn. Er was een commerciële camping, met wasmachines, douches en internet. Dat leek ons een mooie tussenstop. Klopte ook, maar het was met stip de slechtste én duurste camping ooit. Ik heb er niet eens een foto van gemaakt en dat wil wat zeggen. We deden er de was, werkten het blog bij en gingen daarna het plaatsje bekijken. Dat was inderdaad erg leuk met veel terrassen en gezelligheid. We aten er een fantastische steak, hadden we dit jaar nog niet eerder gedaan. Extra leuk was dat de legendarisce route 66 door het plaatsje liep.



En ondanks de slecht onderhouden campground sliepen we er prima. Gelukkig maar. 

zondag 12 augustus 2012

Dag 24 – woensdag 8 augustus: Las Vegas



N.B. In het bericht van gisteren ontbrak een stukje, is nu bijgevoegd. Het staat na: Pluspunt!! (van de gordijnen)

Eerst nog wat plaatjes van ons hotel:
De ingang

De lobby


Eén verdieping telt ongeveer tien van deze lange gangen....een hele toer om hier niet te verdwalen....

Lijkt op.....dierentuin.....is: hoteltuin!


Luxehotel heeft luxe kolibrivanger

Na een zogenaamd Frans ontbijt – Bert had een crêpe met vers fruit en ik een simpele baguette met jam en boter, voor mij is er bijna niets lekkerders denkbaar ’s ochtends vroeg -  onder de Amerikaanse versie van de Eiffeltoren doken we het stadsgeweld in.

 Omdat het al behoorlijk warm werd bezochten we eerst maar eens een van de vele grote winkelcentra aan de Strip, heerlijk koel en bovendien een mooie binnenkomer om met de gekte van Las Vegas kennis te maken. Tot en met de blauwe lucht was alles uit de kast getrokken om een beeld van Parijs neer te zetten. Boten, huizen, je kunt het zo gek niet bedenken. 

En zo snij je een (water)meloen...natuurlijk
Na dit onwerkelijke bezoek maakten we een rondgang door de hotels die we de vorige keer niet gezien hadden. Je zou denken, hoezo hotels, maar in LV betekent dat iedere keer opnieuw in een andere wereld duiken. 







We zagen een compleet nagebouwd regenwoud, New York in grote-mensen-Madurodamformaat inclusief Empire State Building. 





Zelfs het trottoir is nagemaakt


En na al het shoppen/gokken kun je dan lekker eten, het vlees ligt al klaar!
Voordat je kennis kunt maken met deze droomwerelden moet je je wel eerst door een immens casino heen worstelen. Daar moet je natuurlijk blijven hangen, zo is de bedoeling. Maar hoewel ik me voorgenomen had deze keer $50 te vergokken stond het me zo tegen dat ik er maar van af gezien heb. 
Bijbehorend casino....ik speel, maar slechts een rol...
Bij één casino zagen we trouwens Michael Jackson, kennelijk herrezen, en evenzo een van de Blues Brothers. Je komt ogen tekort! 




Intussen word je, voornamelijk door Mexicanen, bestookt met vragen of je zin hebt in een lekkere hot deal waarbij ze je een kaartje in handen drukken met een dame erop in provocerende houding en schaarse kledij. We zijn er maar niet op ingegaan….en je vraagt je in gemoede af wie dat eigenlijk wel doen: de meeste mensen gooiden de kaartjes direct weer weg.       
In hotel New York New York wilden we wat drinken. Bij een café met tapbier schoven we aan. Er kwam al snel een serveerster, die onder luid geschreeuw eerst een papieren tafelkleed op tafel smeet, daar wat servetten achteraan gooide en vervolgens het bestek voor onze neus neerkwakte. Dat scheen leuk te zijn of zo. Wij wilden echter alleen wat drinken, en werden er dus even snel weer uitgesmeten. Dat wil zeggen, we mochten aan de bar gaan zitten maar met mijn hoogtevrees vond ik dat niet zo’n goed idee. Verder gezocht dus maar, en gevonden: een Ierse pub. Dat was een voltreffer. We hebben er wat gedronken en ook een heerlijk hapje gegeten, iets van vlees in bier gestoofd met verse groenten, dat alles in een deegflapje. Een soort empanadas op z’n Iers. De bediening was er geweldig en persoonlijk, en ik vergat compleet dat we in een nepomgeving waren. Dat besefte ik pas weer toen we eruit kwamen. Leuk!   


Al met al zijn we zo’n uur of tien onderweg geweest. De temperatuur liep op tot boven de 45 graden maar het deerde ons niet.  ’s Avonds aten we een hamburger, we passen ons altijd makkelijk aan aan de plaatselijke mores!

Dag 23 – dinsdag 7 augustus: Zion – Las Vegas


Je kunt Zion op twee manieren binnenkomen: via de zuidelijke of via de oostelijke ingang. De Zion-Mount Carmel highway leidt je langs de oostelijke kant en laat je ogen overuren draaien. Op de heenweg waren we er al langs gekomen maar we wilden er graag nog wat meer foto’s maken. Omdat we de tijd tenslotte aan onszelf hebben besloten we dus bij het verlaten van het park nogmaals diezelfde route te nemen. 

Zo kan het ook natuurlijk: huisvlijt!





Dan kom je in feite verkeerd uit voor als je naar Las Vegas wilt en heb je twee mogelijkheden: óf je rijdt weer terug en verlaat alsnog het park via de zuidingang, óf je maakt een omweg en pakt onderweg wat andere bezienswaardigheden mee. Dat laatste deden we. Het bleek een schot in de roos. Ten eerste konden we ons in Mount Carmel te goed doen aan heerlijke homemade pie waarbij we en passant nog wat kolibri’s op de foto konden zetten;



ten tweede brachten we een bezoek aan het Pipe Spring National Monument. Dit monumen geeft een aardig inkijkje in het leven van de Amerkaanse Indianen (in dit geval: de Kaibab-Paiute) en de pioniers. Bij binnenkomst werden we verwelkomd door een echte, grote, statige indiaan. Bert wilde later nog graag met hem op de foto maar toen was hij weg, jammer. Op het terrein is van alles te zien. Een paar oude huifkarren, er is een coral met longhorn-koeien, allerlei gereedschap uit vroeger tijden en verschillende gebouwen. Zo staat er een huis, het Winsor Castle, waar je alleen in kunt met een rondleiding. Die wordt elk half uur gegeven. Met de rondleider hadden we inmiddels al uitgebreid gesproken, een bijzonder aardige man  die veel wist te vertellen. Hij was al 28 jaar bezig de geschiedenis van het Zuidwesten te bestuderen. Op een badge konden we lezen dat hij een VIP-volunteer was, met meer dan 7000 uren vrijwilligerswerk op zijn conto. Ga er maar aanstaan! Leuk detail: hij heette Roggenmaker. We hoorden onder andere van hem dat de Datura (in Nederland als kamerplant gehouden) voor blanken dodelijk giftig is, dus je bent gewaarschuwd als je nu net een hapje wilde nemen. De indianen echter gebruikten hem als hallucinerend middel en sjamanen kwamen erdoor in trance.
Winsor Castle werd in 1880 bewoond door een Mormonenfamilie. Ze hadden elf kinderen, die vanaf zeer jonge leeftijd al mee moesten helpen op het land en met het vee (de jongens) of in het huishouden en de kaasmakerij (de meisjes). Dat gebeurde vroeger natuurlijk ook in Nederland, maar het werd hier goed in beeld gebracht.

De WalMart van de Indianen: de Yucca. Alle ondedelen van de plant werden gebruikt. Bloemen gegeten, van stengels werd touw gemaakt waar weer (o.a.) manden van gevlochten werden, van de wortels werd zeep gemaakt.

Handige jongens, die Mormonen: een bedbank!

Hier zie je het uitschuifsysteem van de bedbank.

Om voor 25 man te koken groot genoeg

Kaasdrogerij

woonruimte voor de cowboys

Een Longhorncow in de coral



Er was een uitstekend irrigatiesysteem

Na dit onverwacht leuke bezoek zetten we koers richting Las Vegas. Onderweg stopten we nog even bij de gele M zodat we op internet de routebeschrijving naar ons hotel, het Flamingo, konden vinden. Zeer centraal gelegen op de Strip. Het was niet moeilijk te vinden maar desondanks reden we eerst verkeerd: afslag gemist. Na enig zoeken en keren op plaatsen waar het absoluut niet kon reden we uiteindelijk de parkeergarage in. Die zijn hier altijd gratis, het enige wat men wil is het de gasten zo naar de zin maken dat ze steeds weer terugkomen (en dan al hun geld verspelen in het casino natuurlijk).  Bij de incheckbalie werd ons een upgrade aangeboden voor $30 per nacht, die we beleefd doch beslist afgeslagen hebben (dat was ongeveer wat we ook voor de kamer betaald hadden...) Daarop kregen we onze toegangspassen voor de kamer, op de 18e verdieping….We stapten uit de lift en bevonden ons in een honderden meters lange gang met roze als voornaamste kleur. Alsof we een suikerspin binnenliepen. Die gang moesten we helemaal uitlopen om vervolgens in een andere, even lange gang te belanden. Goed voor de conditie, met onze tassen achter ons aanslepend. Aan het eind van die gang wéér een hoek om, en daar veranderde het plaatje. De psychedelisch roze vloerbedekking veranderde in aftands bruin, weliswaar met bamboemotief maar erg onaantrekkelijk. We waren beland in het oude gedeelte. Uiteindelijk vonden we onze kamer. Als je depressief wilt worden moet je vragen naar kamer 18062. Het was vast wel schoon, maar ouwe troep. Dat wilden we niet, en dus lieten we de bagage achter om bij de receptie een andere kamer te vragen. Onmogelijk, alleen met bijbetalen. Ok, cancel de boel dan maar, dan zoeken we iets anders. Maar dat was nu ook weer niet de bedoeling. ‘I’ll see what I can do for you’ en wég was het meisje achter de balie. Om even later terug te komen met de manager. Natúúrlijk konden we een andere kamer krijgen (en als je dan weet dat zo’n kamer sowieso al haast niets kost in Las Vegas, zolang je er niet in het weekend bent). Nee hoor, ze wilden ons zeker niet kwijt als gasten. Dus mochten we kijken op de 17e verdieping. We deden de deur open en werden direct verrast door roze verlichting die uit de badkamer bleek te komen. In eerste instantie dachten we in een hoerenkast te zijn terechtgekomen maar dat viel mee. Het was een schitterende kamer, met mega-tv-scherm, alles erop en eraan. De badkamer was wel het pronkjuweel, heel ruim en modern. De douche had massagestralen die normaal gesproken je rug masseren maar bij mij precies op mijn schouderbladen gericht stonden, dat heb je als je klein bent. Wel een beetje gek: op de spiegel zat een groot zwart vlak waardoor je er niet goed in kon kijken. Jammer, minpuntje. O, en de gordijnen kreeg ik ook niet dicht, vervelend. Ze zaten klem in de rail. Nog ’n minpuntje. Tot ik op een knopje drukte naast het bed, toen gingen ze vanzelf! Pluspunt!! We namen eerst maar eens een lekkere douche in de luxe badkamer. Voor de grap drukte Bert op een knopje van de afstandbediening die in de badkamer lag, rare plaats. Tot onze schrik kwam het zwarte vlak op de spiegel direct tot leven: het bleek een ingebouwde televisie!! Dus terwijl je aan het douchen was kon je blijven kijken om maar niets te hoeven missen van alle reclame rond supergoedkope hypotheken, afslankmiddelen, medicijnen tegen astma/pukkels/horrelvoeten/ingegroeide teennagels, superieure universiteiten die slechts $60.000 per jaar kostten enzovoorts.  



Geheel tevreden liepen we nog wat rond op straat, waar het nog steeds bloedheet was. In het hotel, een stad op zich, aten we uiteindelijk een stuk pizza omdat we geen zin hadden heel veel geld aan eten uit te geven. Terug in onze kamer lieten we ons vallen in de hemelse matras en keken nog even naar de TV, maar dat kun je in Amerika net zo goed laten: alleen maar reclame ongeveer. Morgen de Strip op!